Bediening van de scanner
De datalijst aanpassen
Via de knop Aangepaste datalijst kunt u aangeven welke parameters moeten worden
weergegeven. Door onnodige parameters uit te sluiten wordt het scherm sneller bijgewerkt.
z
U maakt als volgt een aangepaste datalijst:
1. Selecteer Aangepaste datalijst op de werkbalk.
Het scherm Datamenu wordt weergegeven (Afbeelding 5-14). De vinkjes geven aan
welke parameters voor weergave zijn geselecteerd. Het tweede kleinere selectievakje
geeft aan dat de desbetreffende parameter vergrendeld is.
2. Markeer een knop op de werkbalk Aangepaste datalijst.
Druk op de pijl naar links (e) of de pijl naar rechts (c) om naar een andere knop te gaan.
RPM
RPM
1963
755-3274
TPS 1(V)
0.00
0.00-3.55
TPS 1(%)
0
0-98
TPS 2(V)
0.00
0.00-3.55
Afbeelding 5-13
RPM
RPM
TPS(%)
TPS(V)
O2 B1-S1(mV)
O2 B2-S1(mV)
O2 B1-S2(mV)
O2 B2-S2(mV)
INJ PW B1(mS)
INJ PW B2(mS)
Afbeelding 5-14
Knop
Selecteren/Deselecteren: om per parameter aan te
geven of ze verborgen of weergegeven moeten
worden.
Alles selecteren/Alles deselecteren: Om voor alle
parameters aan te geven dat ze verborgen of
weergegeven moeten worden. Vergrendelde
parameters kunnen niet worden verborgen.
31
Onderdelen uit het voertuigmenu selecteren
30 / 230
De cursorindicator
Het scherm Datamenu
Beschrijving