®
CAIRplus
Kom alle geldende richtlijnen
en normen na! We raden de
onderhoudsprocedures en -
intervallen gespecificeerd in
VDI 6022 aan
8.5.3 Onderhoud van zakkenfilters/plaatfilters/fijnstoffilters
Vervangen van
filtermedium
8.5.4 Onderhoud van actief koolfilter
FläktGroup DC-2009-0096-NL R11-10-2020 • Onder voorbehoud van wijzigingen
Hygiëne-inspectie
Ook als het filter geen zichtbare tekenen van vuil vertoont (in lucht met een laag
stofgehalte), kunnen microbiële groei en schimmel zich bij langdurig gebruik
vermeerderen via het filter.
•
De filters moeten regelmatig worden vervangen (ten minste om de 6 tot 9 maanden),
zelfs als er nauwelijks vuil zichtbaar is.
Schade aan de unit!
•
Het overschrijden van het maximale drukverschil vanwege het achterwege laten
van onderhoud of vanwege slecht onderhoud kan resulteren in beschadiging van
de CAIR unit of aparte onderdelen (bijv. filterframes).
Controleer of het maximaal toegestane drukverschil (zie RLT 01 richtlijn – Duitse
vereniging van HVAC fabrikanten) of het door de producent gespecificeerde
drukverschil wordt overschreden. Zo ja, vervang het filter.
Voor onderhoud moeten de volgende maatregelen worden getroffen:
•
Controleer het filter en het filterframe op vuil, corrosie en beschadiging en vervang
ze indien noodzakelijk.
Het einddrukverschil van de zakkenfilters varieert; zie de relevante technische
gegevens voor nadere details (zie identificatieplaatje van het filter).
•
Vervang het filter als het maximaal toegestane drukverschil is bereikt.
•
Zorg dat het systeem gedeactiveerd is. Open de toegangsdeur voor service/het
onderhoudspaneel.
•
Open de veerhouders op de geleiders boven en onder of open het
snelsluitende filterframe.
•
Trek het filterframe eruit.
•
Vervang beschadigde of vuile filters.
•
Schuif het filterframe terug in de unit. Zorg dat het filterframe luchtdicht wordt
afgedicht en goed past!
•
Sluit de veerhouders op de geleiders boven en onder of sluit het
snelsluitende filterframe.
•
Installeer filterzakken uitsluitend in verticale positie!
•
Sluit de toegangsdeur voor service/het onderhoudspaneel.
Voor onderhoud moeten de volgende maatregelen worden getroffen:
•
Vervang het filter als het actieve kool verzadigd is (gespecificeerd aantal
bedrijfsuren is verstreken). Voor monitoring van het verzadigingsniveau van het filter
kan het gewicht van de cartridge worden gecontroleerd door de cartridge te wegen
en te labelen en het wegen na een bepaalde periode te herhalen.
•
Controleer of de filterbehuizingen met actief koolstof cartridges goed passen. Zorg
er, om een kortere levensduur van het dure actief koolfilter te voorkomen, voor dat
de voorfilter- en fijnfilterfasen in goede conditie zijn.
Inbedrijfstelling en onderhoud
LET OP
73