Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Inbedrijfstellen Van Filtermodule; Routinematig Onderhoud Van Alle Filters - FläktGroup CAIRplus Series Bedieningshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Inbedrijfstelling en onderhoud

8.5.1 Inbedrijfstellen van filtermodule

8.5.2 Routinematig onderhoud van alle filters

72
Voor de inbedrijfstelling moeten de volgende maatregelen worden getroffen:
Controleer de filtermodule en de filters op beschadiging.
Controleer of de filtermodule goed vastzit in het frame.
Controleer de afdichtende naden op het filterframe; dicht deze indien noodzakelijk
opnieuw af.
Controleer de filtermodule en de systeemonderdelen in de richting van de
luchtstroom voor het filter op installatiestof en reinig ze indien noodzakelijk.
Voorafgaand aan het installeren van filters vanaf ISO ePM1 85% (voorheen klasse
F9) moeten de luchtbehandelingsunit en het leidingwerk opnieuw worden gereinigd.
Kalibreer en stel de drukmeter af op nul voorafgaand aan inbedrijfstelling.
Start de ventilator op, lees het initiële drukverschil af op de indicator (indien
gemonteerd) en noteer de resultaten.
Gevaar door ontvlambare materialen!
Filtermateriaal kan ontvlambaar zijn en snel vlam vatten.
Afhankelijk van de gefilterde stoffen vormen gebruikte filters een groot risico
op brand.
Houd filters uit de buurt van open vlammen!
Opmerking:
We raden aan het systeem nooit zonder filters in te schakelen. Zorg dat u altijd
reservefilters op voorraad hebt.
Voorkom beschadiging van het filteroppervlak, aangezien het filter tijdens
bedrijf kan scheuren waardoor het filter niet langer aan de gespecificeerde
klasse voldoet.
Milieuschade!
Ernstig verontreinigde filters vormen een risico voor de gezondheid en kunnen de
productieprocessen nadelig beïnvloeden.
Afhankelijk van de te filteren stoffen moeten verontreinigde filters als speciaal
afval worden behandeld en op milieuvriendelijke wijze in overeenstemming met
de huidige wet- en regelgeving worden verwijderd.
Als algemeen vereiste en afhankelijk van de bedrijfsomstandigheden moeten alle
filters met regelmatige intervallen worden gecontroleerd en indien noodzakelijk worden
vervangen. Voor onderhoud moeten de volgende maatregelen worden getroffen:
Controleer de filters op vuil, beschadiging en onaangename geuren.
Reinig de filterkamer.
Controleer of het maximaal toegestane drukverschil (zie RLT 01 richtlijn - Duitse
vereniging van HVAC fabrikanten) of het door de producent gespecificeerde
drukverschil wordt overschreden. Zo ja, vervang het filter.
LET OP
FläktGroup DC-2009-0096-NL R11-10-2020 • Onder voorbehoud van wijzigingen
®
CAIRplus

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave