8. Modbus RTU-communicatie
8.1. Inleiding
De Optidrive E3 kan worden aangesloten op een Modbus RTU-netwerk via de RJ45-connector aan de voorzijde van de
frequentieregelaar.
8.2. Modbus RTU-specificaties
Protocol
Error check
Baud rate
Dataformaat
Signaal formaat
Gebruikersomgeving
Ondersteunde functiecodes
8.3. Pin lay‐out RJ45 connector
Raadpleeg uw Invertek Drives-retailer voor meer
informatie over de registerindeling van MODBUS RTU.
Bij gebruik van de MODBUS-besturing kunnen de
analoge en digitale ingangen worden geconfigureerd
zoals weergegeven in hoofdstuk 7.6. Macrofuncties -
Veldbusmode (P-12 = 3, 4, 7, 8 of 9).
Verbinding met de
frequentieregelaar
OPT-2-BNTSP-IN
Modbus
8
RTU-RS485-Controller
RS485+
RS485-
0 V/gemeenschappelijk
Aarde
OPMERKING Voor Master apparaten die gebruik maken van op nul gebaseerde adressering en daarom het eerste registeradres als
register 0 behandelen, kan het nodig zijn om de hieronder beschreven Registernummers te converteren door er 1 van af te trekken om het
juiste registeradres te verkrijgen.
32 | Optidrive ODE-3 gebruikershandleiding | Versie 1.04
Modbus RTU
CRC
9600bps, 19200bps, 38400bps, 57600bps, 1 15200bps (standaard)
1 startbit, 8 databits, 1 stopbit, geen pariteit
RS 485 (2-draads)
RJ45
03 meerdere holding-registers lezen
06 Enkele holding-register schrijven
16 Meerdere holding-registers schrijven (alleen voor register 1 – 4)
Directe verbinding met de
via de optie
OPT-2-BNTSP-IN
OPT-2-BNTSP-IN
1 2
3
Aansluiting 3 - 0V-common
Aansluiting 7 - RS485- (Modbus RTU)
Aansluiting 8 - RS485+ (Modbus RTU)
frequentieregelaar via de
ingebouwde RJ45 poort
RJ45 connector pinout
1 2 3 4 5 6 7 8
1 2 3 4
5 6 7 8
RS485+
RS485-
0 V/gemeenschappelijk
Afscherming
1
CAN -
2
CAN +
3
0 Volts
4
-RS485 (PC)
5
+RS485 (PC)
6
+24 V
7
-RS485 (Modbus RTU)
8
+RS485 (Modbus RTU)
Waarschuwing: Dit is geen
ethernetaansluiting. Maak geen directe
verbinding met een ethernetpoort.
LET OP
• Gebruik een 3- of 4- draads "twisted pair"
kabel
• RS485+ en RS485- moeten samen in
een "twisted pair" zitten
• Zorg ervoor dat de netwerkaftakkingen
voor de frequentieregelaar zo kort mogelijk
worden gehouden
• Het gebruik van optie OPT-2-BNTSP-IN
wordt aanbevolen
• Sluit de netwerkkabelafscherming alleen
op de controller aan. Sluit deze niet aan
op de frequentieregelaar!
• De aansluiting 0V-common moet worden
aangesloten op alle apparaten en op de
referentie 0V-klem op de controller
• Sluit de aansluiting 0V-common van het
netwerk niet aan op de algemene aarde
www.invertekdrives.com