Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Invertek Drives OPTIDRIVE E3 Gebruikershandleiding pagina 22

Gebruiksvriendelijke allround frequentieregelaar
Verberg thumbnails Zie ook voor OPTIDRIVE E3:
Inhoudsopgave

Advertenties

Par.
Omschrijving
P-31
Onthoudfunctie snelheid bij aansturing via het
bedieningspaneel/Modbus
Deze parameter is alleen actief in bedieningspaneel mode (P-12 = 1 of 2) of Modbus mode (P-12 = 3 of 4). Wanneer P-31 op 0 of
2 wordt ingesteld zal de regelaar altijd starten met de minimale snelheid. Wanneer P-31 op 1 of 3 wordt ingesteld zal de regelaar
met de vorige snelheid starten waarmee de regelaar draaide op het moment dat het startcommando werd weggenomen. Wanneer
P-31 op 2,3,6 of 7 wordt ingesteld bepaalt de status van digitale ingang 1 het start/stop commando. De start/stop knoppen worden
hierdoor uitgeschakeld.
0 : Minimale snelheid (P-02), start/stop via het bedieningspaneel
1 : Vorige snelheid (onthoudfunctie), start/stop via het bedieningspaneel
2 : Minimale snelheid (P-02), start/stop via de klemmen
3 : Vorige snelheid (onthoudfunctie), start/stop via de klemmen
4 : Huidige snelheid, start/stop via het bedieningspaneel
5 : Voorkeuzesnelheid 4, start/stop via het bedieningspaneel
6 : Huidige snelheid, start/stop via de klemmen
7 : Voorkeuzesnelheid 4, start/stop via de klemmen
P-32
Configuratie gelijkstroomremmen (DC brake)
Index 1: Tijdsduur gelijkstroomremmen
Index 2: Selectie gelijkstroomremmen
Index 1: bepaalt hoe lang er een gelijkstroom door de motor wordt gestuurd. De hoogte van de stroom wordt bepaald door P-59.
Index 2: bepaalt wanneer er een gelijkstroom door de motor wordt gestuurd:
0: Gelijkstroomremmen bij stop. Na een stop commando wordt de frequentie afgebouwd en zal er vanaf de ingestelde
frequentie van P-58 een gelijkstroom door de motor worden gestuurd. De hoogte van de stroom wordt bepaald door P-59.
LET OP Wanneer de regelaar in "Standby Mode" gaat zal de regelaar niet gelijkstroomremmen.
1: Gelijkstroomremmen bij start. Na een start commando wordt er bij 0.0 Hz gedurende de ingestelde tijd (zie index 1)
een gelijkstroom in de motor geïnjecteerd. Na het gelijkstroomremmen zal de motor gaan accelereren naar de gewenste snelheid.
2: Gelijkstroominjectie bij start & stop. Zie de uitleg van de instelling 0 en 1.
P-33
Vangfunctie
0: Uitgeschakeld
1: Ingeschakeld. Deze functie moet worden geactiveerd wanneer de motor vrij uitloopt (P-05 =1). Bij een start commando wordt
de actuele motorsnelheid gemeten en zal de regelaar vervolgens deze snelheid gaan uitsturen. Dit voorkomt overstroom fouten.
2: Actief bij een storing, spanningswegval of na vrij uitlopen. De vangfunctie wordt alleen geactiveerd als een van
de genoemde situaties zich voordoet. Bij andere situaties is de functie uitgeschakeld.
P-34
Activering remchopper (niet bij bouwgrootte 1)
0: Uitgeschakeld
1: Actief met softwarebeveiliging. Softwarematige beveiliging voor de standaard Invertek 200W weerstanden.
2: Actief zonder softwarebeveiliging. Activeert de interne remchopper zonder softwarematige beveiliging. De thermische
beveiliging dient extern opgelost te worden.
3: Actief met softwarebeveiliging. Gelijk aan instelling 1, met als verschil dat de interne remchopper alleen actief is
wanneer de gewenste frequentie/snelheid verandert. De remchopper is niet actief tijdens constante snelheid.
4: Actief zonder softwarebeveiliging. Gelijk aan instelling 2, met als verschil dat de interne remchopper alleen actief is
wanneer de gewenste frequentie/snelheid verandert. De remchopper is niet actief tijdens constante snelheid.
P-35
Schaling analoge ingang 1/slave snelheid
Schaling analoge ingang 1. Resolutie = 0. 1 %. Voorbeeld : P-16 staat ingesteld op een 0 - 10V signaal en de schaling staat
6
ingesteld op 200%. Bij een 5 V ingangsspanning zal de regelaar de maximale frequentie uitsturen(P-01).
Schaling slave snelheid. Wanneer de regelaar in "Slave mode" staat (P-12 = 9) kan met deze parameter de master snelheid
geschaald worden (snelheid slave = P-35 x snelheid master). De grenzen worden bepaald door de minimale en de maximale
snelheid.
22 | Optidrive ODE-3 gebruikershandleiding | Versie 1.04
Minimaal
Maximaal Standaard
0
7
0.0
25.0
0
2
0
2
0
4
0.0
2000.0
100.0
www.invertekdrives.com
Eenheid
1
-
0.0
s
0
-
0
-
0
-
%

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave