5. Bediening
5.1. Bediening van het toetsenbord
De frequentieregelaar kan worden geconfigureerd en uitgelezen via het toetsenbord en het display.
NAVIGATIE
OMHOOG
OMLAAG
RESET/STOP
START
5.2. Statusmeldingen van het display
Frequentieregelaar
gestopt/geen
vrijgave
5.3. Parameters veranderen
5
Houd de toets
Navigatie > 2
seconden ingedrukt
16 | Optidrive ODE-3 gebruikershandleiding | Versie 1.04
Met deze knop stap je door de verschillende meetwaarden:
freq., stroom, omw./min. Wanneer de knop 2 sec. wordt
ingedrukt ga je naar de parameter mode. Met deze knop sla je
ook de gewijzigde parameters op.
Verhoogt de gewenste frequentie in bedieningspaneel mode. In
parameter mode wordt met deze knop de volgende parameter
gekozen en kun je een bepaalde waarde verhogen.
Verlaagt de gewenste frequentie in bedieningspaneel mode.
In parameter mode wordt met deze knop de vorige parameter
gekozen en kun je een bepaalde waarde verlagen.
Met deze knop reset je de regelaar wanneer deze een fout
heeft. In bedieningspaneel mode dient deze knop ook als
stop knop.
In bedieningspaneel mode wordt een regelaar die in stop staat
gestart. Wanneer de regelaar al draait zorgt deze knop ervoor
dat de regelaar van richting veranderd.
Frequentieregelaar
Druk < 1 seconde op
is gestart/draait en
de toets Navigatie.
weergave van de
De motorstroom
uitgangsfrequentie
wordt weergegeven
(Hz)
(ampère)
Gebruik de
Druk < 1 seconde
toetsen Omhoog
op de toets
en Omlaag om
Navigatie
de gewenste
parameter te
selecteren
Druk < 1 seconde
Als P-10 > 0, wordt
op de toets
de motorsnelheid
Navigatie. Het
(rpm) weergegeven
motorvermogen
wanneer de toets
wordt
Navigatie < 1
weergegeven (kW)
seconde wordt
ingedrukt
Pas de waarde
Druk gedurende
aan met de toetsen
< 1 seconde op
Omhoog en
deze toets om terug
Omlaag
te keren naar het
parametermenu
Fire
De regelaar staat
in de Fire mode en
kan niet worden
gereset totdat
de Fire mode is
gedeactiveerd
Druk gedurende
> 2 seconde op
deze toets om terug
te keren naar het
bedieningsdisplay
www.invertekdrives.com