1.3 Typografische conventies
1.3.1 Waarschuwings-
symbolen
1.3.2 Instructiesymbolen
1 Inleiding
V
Voorzichtig Dit symbool wordt gebruikt wanneer door on-
Opgelet
E
Opgelet
Instructie
Verwijzing
1
abc
Voetnoot
Actie
instructie
De symbolen voor "voorzichtig" en "opge-
let" worden in deze handleidingen onder de
volgende voorwaarden gebruikt:
nauwkeurig of niet opvolgen van instructies
persoonlijke schade kan ontstaan!
Dit symbool wordt gebruikt wanneer door on-
nauwkeurig of niet opvolgen van instructies
beschadiging van apparatuur of data kan
ontstaan!
Dit symbool wordt gebruikt wanneer er pre-
ventiemaatregelen moeten worden genomen
bij het omgaan met elementen die gevoelig
zijn voor elektrostatische ontladingen.
Dit symbool wordt gebruikt wanneer u op-
merkzaam moet worden gemaakt op iets bij-
zonders.
Dit symbool wijst op extra informatie in ande-
re handleidingen, hoofdstukken of paragra-
ven.
Voetnoten zijn opmerkingen die betrekking
hebben op bepaalde tekst. Voetnoten be-
staan uit twee delen:
Markering in de tekst en de voetnoottekst.
De markering in de tekst wordt uitgevoerd
met getallen in superscript.
De voetnoottekst (in kleiner formaat dan het
basislettertype) staat aan de onderkant van
de bladzijde en begint met een cijfer en een
punt.
Dit symbool geeft aan dat er een uit te voeren
activiteit wordt beschreven.
De afzonderlijke procedurestappen worden
met deze ster gemarkeerd zoals bijv.:
I
Toets
indrukken
E
Bevestigen met
7