3
Elektrische aansluiting
Installatie-instructies
- Bij de keuze van het kabelmateriaal, bij de installatie en bij de elektrische aansluiting van het
instrument moeten de voorschriften uit de VDE 0100 "Bestimmungen über das Errichten von
Starkstromanlagen mit Nennspannungen unter 1000 V" resp. de geldende nationale voor-
schriften worden aangehouden.
- De elektrische aansluiting mag alleen door geschoold personeel worden uitgevoerd.
- Het instrument moet 2-polig van het net worden gescheiden wanneer bij werkzaamheden on-
derdelen die onder spanning staan kunnen worden aangeraakt.
- Een stroombegrenzingsweerstand onderbreekt bij een kortsluiting het voedingscircuit. Een
extra externe zekering van de voedingsspanning mag geen hogere waarde hebben dan 1 A.
Om in geval van een kortsluiting in het belastingscircuit vastlassen van het uitgangsrelais te
voorkomen moet deze zijn beveiligd op de maximale relaisstroom.
- De elektromagnetische compatabiliteit voldoet aan de normen en voorschriften zoals ge-
noemd in de technische specificaties.
- De ingangs-, uitgangs- en voedingskabels moeten ruimtelijk gescheiden en niet parallel t.o.v.
elkaar worden gelegd.
6