Inhoudsopgave
Advertenties
motor loopt, is er gewoonlijk een kleine laadstroom, tenzij de
motor op laag stationair draait. Wanneer de accu geheel geladen
is, staat de wijzer op 0. Daarentegen, wanneer de wijzer op de
(–) negatieve helft van de meter staat, laadt de dynamo de accu
niet op. Als dit geconstateerd wordt, het laadsysteem repareren
om ontladen van de accu te voorkomen.
Temperatuur schakelaar/meter en resetknop (fig 7)—De
temperatuur schakelaar/ meter geeft de temperatuur van het
water in het koelsysteem aan. Als de koelwatertemperatuur te
hoog oploopt, wordt de motor automatisch uitgeschakeld.
Wanneer dit gebeurt, contact met de sleutel op OFF zetten.
Automatisch uitschakelen van de motor wordt gewoonlijk
veroorzaakt door rommel op de voorkant van de grille of de
radiator, hetgeen de luchtstroom vermindert. Na reinigen van de
buitenkant van grille en radiator of repareren van eventuele
andere schade, de resetknop indrukken en de motor starten.
Gloeibougie schakelaar en verklikker (fig 7)—Gebruiken om
de motorcilinders vóór en tijdens het starten te verwarmen.
Schakelaarhendel omhoog drukken en houden terwijl men de
verklikker in de gaten houdt. De rode verklikker gaat branden
bij voldoende verwarming. De tijd die nodig is voor voorver-
warming van de cilinders hangt af van de omgevingstemperatu-
ur; zie Starten en stoppen van motor.
Contactslot (fig 7)—Het contactslot wordt gebruikt voor starten
en stoppen van de motor. Het heeft drie standen: OFF (uit),
RUN (lopen) en START. Rechtsom draaien naar START om de
startmotor in te schakelen. Wanneer de motor aanslaat, sleutel
loslaten en deze springt automatisch op de RUN stand. Voor
uitschakelen van de motor, sleutel linksom naar OFF draaien.
Handgas (fig 7)—Het handgas wordt gebruikt om de motor op
verschillende toerentallen te laten lopen. Door het handgas naar
voren te zetten gaat de motor sneller lopen - FAST; naar
achteren gaat de motor langzamer lopen - SLOW. Het handgas
regelt de snelheid van de maaimessen of andere werktuigdelen
en, samen met de tractiepedaal, regelt de rijsnelheid van de
machine.
Electrische installatie zekeringen (fig 8)—Een motortemper-
atuur reset relais zekering - SFE 14A -bevindt zich op de
achterzijde van het reset relais. Een zwevende zekering—AGC
10A— is eveneens aanwezig ter beveiliging van de motor-
regelmodule. Toegang tot de zekeringen wordt verkregen door
de instrumentenbordkap te verwijderen.
Voor beveiliging van het gehele bedradingscircuit is een 40A
18
Figuur 8
1.
SFE 14A zekering - Motor temperatuur reset
relais
2.
Zwevende AGC 10A zekering - motorregelmodule
3.
Motorstartrelais
Advertenties
Inhoudsopgave
