Inhoudsopgave
Advertenties
4.2.7
Nevenluchtventiel en nevenluchtsproeikoppen: Functie en inbouwplaats
OPMERKING
Schade aan het apparaat!
Een verkeerd gemonteerd, ontoelaatbaar veranderd en/of ontbrekend nevenluchtventiel heeft
negatieve invloed op de bedrijfsveiligheid, de prestatie en de levensduur van de installatie.
○ Een nevenluchtventiel met vacuümbeperking (leveromvang) moet altijd geïnstalleerd
zijn.
○ Verzekeren dat zich in de buurt van het nevenluchtventiel geen losse delen bevinden die
tijdens het bedrijf aangezogen worden en die het ventiel verstoppen.
○ De volgende aanwijzingen over nevelluchtventielen strikt volgen.
Het in de leveromvang inbegrepen nevenluchtventiel (–160 mbar) moet in elk geval gebruikt worden, in
sommige gevallen is de installatie van het ventiel op een stromingstechnisch gunstigere inbouwplaats
aanbevolen.
Gangbare nevenluchtsproeikoppen (ook dikwijls verkeerd nevenluchtventielen genomen) voor de
directe montage in de behandelingseenheid hebben alleen de functie van een bypass en hebben geen
vacuüm regelende functie. Nevenluchtsproeikoppen zorgen voor een permanente luchtdoorvoer naast
de zuigcanule en dienen voor de betere spoeling van de buizen, vooral nadat de canule ingehangen
is. Deze nevenluchtsproeikoppen alleen zijn in geen geval geschikt om het vacuüm te beperken en
moeten wanneer nodigen naast het nevenluchtventiel geïnstalleerd worden.
i
De bijkomende montage van nevenluchtsproeikoppen wordt uitdrukkelijk aanbevolen
(geen leveromvang), in sommige installatie is ze, afhankelijk van de installatie van de
zuigbuizen, zelfs noodzakelijk.
Alternatieve inbouwplaten voor het nevenluchtventiel
○ Nevenluchtventiel achter de aansluiting van de laatste behandelingseenheid in de
zuigleiding monteren: Daardoor is een constant vacuüm in de complete leiding en de
aangesloten stoelen gegarandeerd. De daarmee bestaande luchtspoeling van de zuigleiding
vermindert het gevaar van slibvorming en verstopping van de zuigbuizen duidelijk.
○ Teruggevoerde leiding in de technische ruimte (zie groene leidingen, afb. 2 "Installatieoptie
etage" en afb. 3 "Installatieoptie kelder" op pagina <ÜS>) met daar geïnstalleerd
nevenluchtventiel: optimale oplossing met betrekking tot de warmteafvoer, geluidsreductie en
buisspoeling.
○ De inlaatopening van het nevenluchtventiel altijd naar boven leggen, minstens boven de
bovenkant van de verzamelbuis: Zo kunnen water noch vaste stoffen aan de membranen van
de vacuümregeling komen.
○ De inlaatopening altijd zodanig leggen dat geen losse delen aangezogen kunnen worden
(wasgoed, doeken, folie): Daardoor wordt een ongewilde afdichting van het nevenluchtventiel
vermeden.
Inbouwplaats nevenluchtsproeikoppen
Nevenaftakkingen van de zuigleiding voor integratie van verdere behandelingsstoelen moeten met
nevenluchtsproeikoppen in de stoelen worden uitgerust om ook hier voldoende luchtdoorlaat tot de
monding in de hoofdzuigleiding te garanderen.
M4
Voorbereiding van de installatie
23
1.2.246.0001
Advertenties
Inhoudsopgave
