Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Engines Shown (Getoonde Motoren); Engine Model (Motormodel); Limits (Grenswaarden); Supported Data (Ondersteunde Gegevens) - Mercury Marine VesselView 4 Gebruiksaanwijzing

Verberg thumbnails Zie ook voor VesselView 4:
Inhoudsopgave

Advertenties

Manifold Temperature
(spruitstuktemperatuur) >
Oil Pressure (oliedruk) >
Oil Temperature (olietem‐
peratuur) >
Throttle Percent (percen‐
tage gasklep) >
Water Pressure (water‐
druk) >
Fuel Economy Stability
(stabiliteit brandstofbe‐
sparing) >
RPM Stability (stabiliteit
toerental) >
RPM Window Minimum
(minimumwaarde toeren‐
talbereik) >
ECO Mode (ECO-mo‐
RPM Window Maximum
dus) >
(maximumwaarde toeren‐
talbereik) >
RPM Target Proximity
(benadering toerental‐
streefwaarde) >
Trim Target Proximity (be‐
nadering trimstandstreef‐
waarde) >
RPM (motortoerental):
Cruise/Smart Tow Ty‐
Auto (automatisch), RPM
pe (cruise-/SmartTow-
(toerental) of Speed (snel‐
type) >
heid)
Show (tonen): PORT en
Trim (trimstand) >
STBD >

Engines Shown (Getoonde motoren)

De functie Engines Shown (getoonde motoren) is onder het onderwerp Installatiehulp beschreven, maar de
weergaveopties kunnen in het instellingsmenu Engines (motoren) op elk gewenst moment worden gewijzigd. VesselView
kan maximaal twee motoren weergeven, afhankelijk van het aantal motoren dat tijdens de procedure met de installatiehulp
is gekozen. De bestuurder kan selecteren welke motoren worden weergegeven. Door aan- of afvinken van de
motorselectie wordt bepaald welke motoren op de VesselView worden weergegeven.

Engine Model (Motormodel)

Via de instellingen voor het motormodel kan de gebruiker de beschrijving van de motorinstallatie wijzigen. De functie
Engine Model (motormodel) is onder het onderwerp Installatiehulp behandeld, maar wijzigingen kunnen op elk gewenst
moment worden aangebracht. Wijzigingen die hier worden aangebracht, kunnen ertoe leiden dat andere instellingen en
weergaveopties niet langer in VesselView beschikbaar zijn. Gebruik de draaiknop om de lijst met motoren te doorlopen en
druk de draaiknop in om de selectie te bevestigen.

Limits (Grenswaarden)

Via Limits (grenswaarden) kunnen bepaalde bereiken voor diverse gegevensparameters voor de motor worden ingesteld,
zoals toerental, koelvloeistoftemperatuur, olietemperatuur, accuspanning en turbolaaddruk. Veranderingen in de
grenswaarden zijn niet van invloed op de motorinstallatie of de werking van de Engine Guardian-programmering van
Mercury. De daadwerkelijke grenswaarden voor de motoren worden bepaald door de in de fabriek geprogrammeerde
besturingsmodule op de motor.
Instelling
Min:
Max:
Warning Low (Waarschuwing
Laag):
Warning High (Waarschuwing
Hoog):

Supported Data (Ondersteunde gegevens)

Met Supported Data (ondersteunde gegevens) kan de bestuurder selecteren van welke motor en aandrijving de informatie
op het scherm wordt weergegeven. De gegevensvakken worden vooraf geselecteerd op basis van het geselecteerde
motormodel, maar kunnen op elk gewenst moment gewijzigd worden. De ondersteunde gegevens verschillen per motor.
90-8M0126147
MAART 2016
nld
Stip − ja, leeg − nee
Stip − ja, leeg − nee
Stip − ja, leeg − nee
Stip − ja, leeg − nee
Stip − ja, leeg − nee
Gegevens invoeren
Gegevens invoeren
Gegevens invoeren
Gegevens invoeren
Gegevens invoeren
Gegevens invoeren
Has Trim (met trim): stip − ja, leeg −
nee
De waarde aan de onderkant van de grafiek op het scherm
De waarde aan de bovenkant van de grafiek op het scherm
De waarde aan de bovenkant van het onderste, rood gekleurde gedeelte van de grafiek op het scherm
De waarde aan de onderkant van het bovenste, rood gekleurde gedeelte van de grafiek op het scherm
Hoofdstuk 4 - Configuratie en kalibratie
Motoren
Calibration Data (kalibratiegege‐
vens) >
Beschrijving
Reset (opnieuw instellen),
Save (opslaan) of Cancel
(annuleren)
Bladzijde 51

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave