Camera
Rotatie: hiermee kunt u de foto verticaal
omklappen, spiegelen of beide tegelijkertijd doen.
Zelfontspanner: hiermee kunt u een vertraging
instellen voordat een foto wordt genomen.
Selecteer de gewenste vertraging.
Fotoformaat: hiermee kunt u het formaat van de
foto selecteren.
Fotokwaliteit: hiermee kunt u de kwaliteit voor de
foto selecteren.
Flitser: hiermee kunt u de flitsoptie selecteren:
Handmatig of Automatisch. Als u Handmatig
selecteert, drukt u op de toets 0 als u de flitser wilt
gebruiken en drukt u opnieuw op 0 om de flitser uit
te schakelen.
De toetsen gebruiken in de voorbeeldstand
In de voorbeeldstand kunt u met de volgende
toetsen de camera-instellingen aanpassen.
Toets Functie
In- of uitzoomen.
In- of uitzoomen, waarbij de kadergrootte
wordt aangepast.
/
De helderheid van de afbeelding
aanpassen.
Het beeld verticaal omklappen.
Het beeld spiegelen.
1
Overschakelen naar de videostand.
Zie pagina 163.
2
Het beeldformaat wijzigen.
160
Toets Functie
3
De beeldkwaliteit wijzigen.
4
Overschakelen naar de multishotstand.
5
De kleurtoon wijzigen of een speciaal
effect toepassen op de foto.
6
Hiermee vermindert u de vervorming van
de afbeelding voor maximale details en
scherpte.
7
Een decoratief kader selecteren.
8
Een vertraging instellen voordat de foto
wordt gemaakt.
9
Naar het menu Mijn foto's gaan (menu
8.2). Zie pagina 162.
Een foto maken als de telefoon is
dichtgeklapt
1. Als de telefoon is dichtgeklapt, houdt u de
Camera-toets aan de rechterkant van de
telefoon ingedrukt.
2. U past het beeld aan door de camera op het
onderwerp te richten.
Druk op de volumetoetsen om in of uit te
zoomen.
3. Druk op de Camera-toets om een foto te maken.
Het spiegelbeeld van de foto wordt automatisch
in de telefoon opgeslagen en u keert terug naar
de voorbeeldstand.
Camera
161