Inhoudsopgave
Advertenties
d. zorg ervoor dat de kettingzaag aan het gordelharnas is bevestigd voordat hij van het
hijsmiddel wordt losgekoppeld.
De mogelijkheid om de kettingzaag direct aan het gordelharnas te bevestigen, vermindert het
risico op schade aan de uitrusting tijdens de bewegingen rondom de boom. Schakel altijd de
voeding van de kettingzaag los, wanneer hij direct aan het gordelharnas is bevestigd.
NL
De kettingzaag moet op de aanbevolen bevestigingspunten op het gordelharnas worden
aangesloten. Deze kunnen zich in het midden bevinden (voor of achter) of aan de zijkanten.
Bevestig de kettingzaag, indien mogelijk, aan het middelpunt achteraan om te voorkomen dat
hij de klimtouwen hindert en om het gewicht in het midden, bij de basis van de ruggengraat
van de bediener, te ondersteunen (B, Fig. 15).
Tijdens de verplaatsing van een kettingzaag van het ene naar het andere bevestigingspunt
moeten de bedieners controleren of de machine in een nieuwe positie is bevestigd voordat
deze van het vorige koppelpunt wordt losgekoppeld.
Gebruik van een kettingzaag in op een boom
Een analyse van de ongevallen met deze kettingzagen tijdens snoeiwerkzaamheden van bomen
laat zien dat de belangrijkste oorzaak een verkeerd gebruik van de kettingzaag met slechts een
hand is. Bij de meeste ongevallen nemen de bedieners geen veilige werkhouding aan die hen
toestaat om de kettingzaag met beide handen vast te pakken. Dit verhoogt het risico op letsel
door:
•
geen stevige greep van de kettingzaag bij een terugslag.
•
een zodanig gebrek aan controle van de kettingzaag dat de kans wordt vergroot om in
contact te komen met de klimtouwen en met het lichaam van de bediener (in het bijzonder
met de linkerhand en -arm).
•
controleverlies door een onveilige werkhouding waardoor contact met de kettingzaag
ontstaat (onbedoelde beweging tijdens de werking van de kettingzaag).
Veilige werkhouding door een gebruik met twee handen
Om het voor de bedieners mogelijk te maken om de kettingzaag met twee handen vast te
pakken, is het in de regel noodzakelijk dat de bedieners een veilige werkhouding in acht nemen
wanneer ze de kettingzaag laten werken:
•
ter hoogte van de heup, wanneer ze horizontale delen snoeien.
•
ter hoogte van het middenrif, wanneer ze verticale delen snoeien.
Wanneer de bediener in de buurt van verticale boomstammen met lage zijwaartse krachten op
de werkhouding werkt, kan een goede ondersteuning noodzakelijk zijn om een veilige
werkhouding te behouden. Wanneer de bediener zich echter van de boomstam verwijdert,
moet hij maatregelen nemen om de toenemende zijwaartse krachten op te heffen of te
neutraliseren, bijvoorbeeld door de richting van de hoofdtouw te veranderen door middel van
een extra verankeringspunt of door gebruik te maken van verstelbare platte banden die
rechtstreeks van het gordelharnas naar een extra verankeringspunt lopen (A, Fig. 16).
Het bereiken van een goede ondersteuning in de werkhouding kan worden vergemakkelijkt
door het gebruik van een beugel die tijdelijk wordt gecreëerd met een lusvormige riem waar de
voet in wordt geplaatst (C, Fig. 15).
26
Advertenties
Inhoudsopgave
