− Activeren als de schakelwaarde wordt onderschreden: De eindschakelaar wordt actief als
de slag van de aandrijfas de schakelwaarde onderschrijdt. De eindschakelaar wordt weer
inactief als de slag de schakelwaarde met meer dan de hysterese overschrijdt.
Aanwijzing:
Als de schakelwaarde kleiner is dan de hysterese dan blijft een eenmaal geactiveer-
de eindschakelaar voortdurend actief en kan alleen inactief worden gemaakt door op-
nieuw te starten (zie hoofdstuk 15.5) of door de instelling te wijzigen in "NONE" (co-
de c24, c27).
Code
Omschrijving
c24
Eindschakelaar 1
Melding bij gebeurtenis
c25
Eindschakelaar 1 schakelwaarde
c26
Eindschakelaar 1 hysterese
c27
Eindschakelaar 2
Melding bij gebeurtenis
c28
Eindschakelaar 2 schakelwaarde
c29
Eindschakelaar 2 hysterese
13.9 Herstarten
Als de voedingsspanning meer dan een seconde wegvalt, dan start de aandrijving overeen-
komstig de ingestelde herstartvoorwaarden.
− Normaal (c43 = NORM): De aandrijving blijft in automatisch bedrijf en volgt direct weer
de regelwaarde.
− Nulpuntcorrectie (c43 = ZERO): De aandrijving voert een nulpuntcorrectie uit.
− Vaste waarde (c43 = FIX): De aandrijving gaat over in handmatig bedrijf en gaat naar de
vaste regelwaarde herstart.
− Stop in handmatig bedrijf (c43 = STOP): De aandrijving gaat over op handmatig bedrijf
en stelt de laatste waarde meteen in als handmatige regelwaarde.
EB 8331-4 NL
FI
Instelbereik
NONE
NONE (Inactief), HIGH (Over-
schrijding), LOW (Onderschrij-
ding)
10,0%
0,0 tot 100,0%
1,0%
0,0 tot 10,0%
NONE
NONE (Inactief), HIGH (Over-
schrijding), LOW (Onderschrij-
ding)
90,0%
0,0 tot 100,0%
1,0%
0,0 tot 10,0%
Configuratiescherm
41