Hoofdstuk
04
Het gebruik van de kaart
De meeste informatie die door uw navigatiesys-
teem wordt gegeven, kan op de kaart worden ge-
zien. U moet vertrouwd raken met de manier
waarop de informatie op de kaart wordt getoond.
Het kaartscherm aflezen
2
3
4
5
6
p De volgende informatie met een sterretje
(*) wordt alleen weergegeven wanneer een
route ingesteld is.
p Afhankelijk van de voorwaarden en basisin-
stellingen worden bepaalde onderdelen
niet weergegeven.
p AV-informatie wordt onderaan in het kaart-
scherm weergegeven.
p U kunt selecteren of de aanduiding voor de
maximumsnelheid altijd op de kaart wordt
getoond. Als u de maximumsnelheid over-
schrijdt, verandert de kleur van de aandui-
ding.
= Zie voor details Instellingen voor "Waar-
schuwingen" op bladzijde 67.
1 Het nummer en de naam van de te gebruiken
straat (of het volgende begeleidingspunt)
weergeven.*
2 Het volgende begeleidingspunt (de volgende
richtingswijziging) weergeven.*
Zowel de soort wijziging (bocht, rotonde, snel-
wegafrit, e.d.) als de afstand vanaf de huidige
positie wordt aangeduid. Een kleiner picto-
gram geeft alvast de tweede richtingswijziging
aan als die kort na de eerste volgt.
= Zie Route-gebeurtenissen die vaak wor-
den getoond op bladzijde 33 voor details.
30
Nl
1
7
8
3 Toont de afstand tot het volgende begelei-
dingspunt (richtingswijziging).*
4 Toont de pijl voor de tweede richtingswijzi-
ging.*
5 Toont de huidige locatie van uw voertuig. De
punt van het driehoeksteken geeft aan in
welke richting u rijdt en het teken beweegt au-
tomatisch met het rijden mee.
6 Het gegevensveld weergeven.
Als u dit veld aantipt, wordt het "Rittencom-
puter" scherm weergegeven.
a
Tip deze toets aan en houd hem vast, en selec-
teer de waarden die u wilt weergeven om de
gegevensvelden in de hoek van het kaart-
scherm aan te passen.
9
= Zie Gegevensvelden op bladzijde 68
voor details.
7 De naam van de straat (of stad) waarin het
voertuig zich nu bevindt.
8 Toont de huidige route.*
De nu ingestelde route wordt in kleur op de
kaart aangegeven.
9 Het navigatiemenuscherm openen.
a Geeft de voortgang tot de eindbestemming
aan.*
AV-informatiebalk
AV-informatie wordt onderaan in het kaart-
scherm weergegeven.
1
1 De bronnenlijst openen.
= Zie voor details Een bron voor het voor-
display selecteren in de bronnenlijst op
bladzijde 23.
2 Toont kort de huidige status van de AV-bron.
2
3 4