JD DUTCH 6.qxp
3/23/2012
5:22 PM
Wat te doen in een noodgeval
9) Schakel de compressor uit.
10) Verwijder de vulslang van de fles
met dichtmiddel en van het
ventiel van de band.
Plaats de TireMobilityKit terug in het
opbergvak in de auto.
WAARSCHUWING
Als de motor draait in een niet-
of onvoldoende geventileerde
ruimte (zoals binnen), bestaat er
gevaar voor
koolmonoxidever-
giftiging of verstikking.
6
20
Page 20
Het dichtmiddel verdelen
Rijd onmiddellijk ongeveer 3 km om
het
dichtmiddel
in
gelijkmatig te verdelen.
OPMERKING
Rijd hierbij niet harder dan 80
km/h. Rijd indien mogelijk niet
langzamer dan 20 km/h.
Als
u
tijdens
ongewone trillingen opmerkt,
een abnormaal rijgedrag ervaart
of bijgeluiden hoort, verlaag
dan
uw
snelheid
voorzichtig verder tot u de auto
op
een
veilige
stilstand kunt brengen.
Roep in dat geval hulp in.
De banden op de juiste spanning
brengen
de
band
1) Stop na ongeveer 3 km gereden te
hebben op een geschikte plaats.
2) Sluit slang 9 van de compressor
aan op het ventiel van de band.
3) Sluit de compressor met behulp
van de kabel en stekkers aan op
de 12-accessoireaansluiting van
de auto.
het
rijden
4) Stel de bandenspanning in op 220
kPa (32 psi). Schakel het contact
in en ga dan als volgt te werk.
en
rijd
- De bandenspanning verhogen:
Zet
de
plaats
tot
compressor in stand I. Schakel de
compressor even uit om de
huidige
instelling te controleren.
WAARSCHUWING
Laat de compressor niet langer
dan 10 minuten achter elkaar
draaien, omdat deze anders
oververhit kan raken.
schakelaar
op
de
bandenspannings-