JD DUTCH 5.QXP
3/23/2012
5:27 PM
Vehicle stability management
(VSM) (indien van toepassing)
Dit systeem zorgt voor nog meer
stabiliteit en een betere stuurreactie bij
het rijden op een glad wegdek of
wanneer de auto tijdens het remmen een
verschil in weerstand waarneemt tussen
de rechter- en linkerwielen..
Werking VSM
Als het VSM in werking is:
• Het controlelampje ESC (elektronische
stabiliteitsregeling)
knipperen.
• Het stuurwiel kan verdraaid worden.
Als het Vehicle Stability Management
werkt, voelt u mogelijk lichte trillingen in
de auto. Dit wordt veroorzaakt door het
aansturen van de remmen en is normaal.
Het VSM werkt niet wanneer:
• Op
een
hellend
wegdek
gereden, bijvoorbeeld helling op of
helling af
• Achteruit wordt gereden
• Het controlelampje ESC OFF (
het instrumentenpaneel blijft branden
• Het controlelampje EPS (Elektrische
stuurbekrachtiging)
instrumentenpaneel blijft branden
Page 49
VSM uitschakelen
Als u op de toets ESC OFF drukt om het
ESC uit te schakelen, wordt ook het VSM
uitgeschakeld en gaat het controlelampje
ESC OFF (
) branden.
Druk nogmaals op de toets om het VSM
weer in te schakelen. Het controlelampje
ESC OFF dooft.
Controlelampje Storing
Zelfs wanneer u de toets ESC OFF niet
indrukt,
wordt
uitgeschakeld. Dit geeft aan dat er ergens
(
)
gaat
in de ESC (elektrische
ging) of het VSM-systeem een storing is
waargenomen. Als het
lampje (
) of
lampje blijft branden, raden we u aan het
systeem te laten nakijken door een
officiële Kia-dealer.
✽ ✽ AANWIJZING
wordt
• Het VSM dient in werking te treden
bij een snelheid van ten minste 15
km/h bij het nemen van bochten.
• Het VSM dient in werking te treden
) in
bij een snelheid van ten minste 30
km/h wanneer de auto remt op een
split-mu-weg. Een split-mu-weg is een
weg waarbij de wrijvingscoëfficiënt
in
het
voor de wielen (links en rechts)
verschillend is.
WAARSCHUWING
• Het Vehicle Stability Management
-systeem is geen vervanging
voor een veilig rijgedrag en dient
slechts als hulpmiddel. Het is de
verantwoordelijkheid
bestuurder om altijd de snelheid
en de afstand tot de voorligger in
de gaten te houden. Houd het
stuurwiel tijdens het rijden stevig
vast.
het
VSM
mogelijk
• Uw auto dient naar de wens van
de bestuurder te werken, ook
stuurbekrachti-
wanneer
uitgerust. Neem altijd de normale
ESC-controle-
voorzorgsmaatregelen in acht en
EPS-waarschuwings-
pas uw snelheid altijd aan aan de
omstandigheden, zoals slecht
weer en een glad wegdek.
• Als er banden en/of velgen met
een verschillende maat onder de
auto gemonteerd zijn, kan dat de
werking van het VSM in negatieve
zin beïnvloeden. Zorg er daarom
voor dat als de banden onder uw
auto vervangen moeten worden,
banden worden gebruikt die
dezelfde maat hebben als de
originele banden.
Rijden met uw auto
van
de
deze
met
VSM
is
5 49