3. U opent een menu door op de bijbehorende tab bovenaan in
het venster te klikken. Zie "De instellingen van de printerdri-
ver wijzigen" hieronder om de instellingen te wijzigen.
De printerdriver vanuit het Start-menu openen
Open de printerdriver als volgt vanuit het Start-menu:
1. Klik op de knop Start en ga naar Settings (Instellingen).
2. Klik op Printers.
3. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van uw
printer en kies Properties (Eigenschappen). Het venster
Properties (Eigenschappen) verschijnt met daarin de menu's
Paper, Graphics, Device Options en Utility. Deze menu's
bevatten de printerdriveritems.
4. U opent een menu door bovenaan in het venster op de bijbe-
horende tab te klikken. Om de instellingen te wijzigen raad-
pleegt u het volgende gedeelte.
De instellingen van de printerdriver wijzigen
De printerdriver heeft vier menu's: Paper, Graphics, Device
Options en Utility. Voor een overzicht van de beschikbare instel-
lingen raadpleegt u "Overzicht van de printerdriverinstellingen"
op pagina 3- 17. U kunt ook de on line-help openen door met de
rechtermuisknop op de items in de printerdriver te klikken en
What's this? (Wat is dit?) te selecteren.
Als u de gewenste instellingen hebt vastgelegd, klikt u op OK om
de instellingen toe te passen of op Restore Defaults om terug te
keren naar de standaardinstellingen.
Nadat u de instellingen van de printerdriver hebt ingesteld en de
nodige wijzigingen hebt doorgevoerd, bent u gereed om af te
drukken.
De printersoftware gebruiken
3
3-5