3
Druk lang (totdat alle lampjes branden) op de knop op het bedieningspaneel om
de oorspronkelijke fabrieksinstellingen van de printer te herstellen.
Als de instellingen eenmaal weer hun oorspronkelijke fabriekswaarden hebben, keert de
printer terug in de werkstand Gereed (het lampje Ready/Data
[Gereed/Gegevens] brandt).
De Hex Trace-modus gebruiken
Als er onverwachte tekens worden afgedrukt of tekens ontbreken, kunt u de speciale functie Hex Trace
gebruiken om na te gaan of er een probleem is ontstaan met de taal-interpreter of de kabel. Met de
functie Hex Trace kunt u de oorzaak van afdrukproblemen opsporen door na te gaan welke gegevens
de printer ontvangt.
1
Activeer het
menu voor speciale
2
Druk tweemaal snel achterelkaar op de knop op het bedieningspaneel en doe dit drie keer
(druk 3 keer dubbel) zodat het lampje Paper Jam [Papier vast] gaat branden en de twee
onderste lampjes knipperen.
3
Druk lang (totdat alle lampjes branden) op de knop op het bedieningspaneel om de speciale
functie Hex Trace te selecteren.
4
Druk nogmaals lang op de knop op het bedieningspaneel om de functie Hex Trace te starten.
Alle gegevens die naar de printer worden gestuurd, worden zowel in hexadecimale notatie als
in normale tekens afgedrukt, zodat u de oorzaak van de fout kunt opsporen.
U verlaat de Hex Trace-modus door de printer uit te zetten of door lang op de knop op het
bedieningspaneel te drukken.
Testpagina's afdrukken om de afdrukkwaliteit te controleren
U kunt problemen met de afdrukkwaliteit, zoals strepen op de afdruk, opsporen door tekstpagina's af
te drukken met de speciale functie voor het afdrukken van testpagina's:
1
Activeer het
menu voor speciale
functies.
functies.
81