Als de functie is uitgeschakeld, verschijnt er een bijbehorend
bericht in het berichtencentrum van het instrumentenpaneel.
Als u de adaptieve cruisecontrol twee keer op de stand voor
hervatten zet, schakelt het MG Pilot-systeem over naar de stand-
by- of actieve stand.
Als het MG Pilot-systeem is ingeschakeld, licht het
symbool geel op. Als de functie actief is, licht het symbool groen
op. Als de functie is uitgeschakeld, gaat het symbool van het
systeem uit. Als het MG Pilot-systeem een storing of defect
detecteert, knippert het symbool 90 seconden lang geel en dan
blijft het branden.
Technische vereisten voor gebruik van het MG Pilot-
systeem:
• Het adaptieve cruisecontrolsysteem moet zijn geactiveerd.
• Het MG Pilot-systeem moet worden ingeschakeld via de
betreffende knop in het infotainmentsysteem.
• Als het voertuig langzamer dan 60 km/u rijdt, moet het
systeem wegmarkering aan beide kanten van het voertuig
detecteren of een ander voorliggend voertuig opmerken.
Starten en rijden
• Als het voertuig sneller dan 60 km/u rijdt, moet het systeem
wegmarkering aan beide kanten van het voertuig detecteren.
• Het voertuig staat in de versnelling D.
De werking van het MG Pilot-systeem is beperkt in de
volgende situaties:
• Het systeem detecteert dat de bestuurder het stuur gedurende
een vooraf ingestelde periode niet heeft bewogen.
• Het stuur wordt tijdens een ingreep van het systeem bewogen
door de bestuurder.
• Er wordt niet aan de technische vereisten voor het MG Pilot-
systeem voldaan.
• De frontcamera is geblokkeerd of de camera kan de
wegmarkering voor het voertuig niet detecteren vanwege
weersomstandigheden of omgevingsfactoren.
• De wegmarkering is te smal, beschadigd of vaag.
• Het voertuig rijdt door een bocht met een geringe kromming.
• De weg is te smal of te breed.
• Het voertuig rijdt op een stuk weg zonder wegmarkering.