Inhoudsopgave
Advertenties
Thermostaat
Middels de thermostaatfunctie kan extra energie worden toegevoegd aan het systeem terwijl de tijd en de temperatuur worden
geregeld.
Temperatuurwaarden die te hoog zijn ingesteld, kunnen leiden tot brandwonden of schade aan het systeem. De klant
dient te voorzien in bescherming tegen brandwonden!
Andere waarden, bijvoorbeeld T eco, gelden in de spaarstand.
Thermostaat
Tref
De doeltemperatur van thermostaatsensor 1. Onder deze temperatuur schakelt de warmte in totdat Tref + Hysterese is bereikt.
Hysterese
Hysterese van ingestelde temperatuur.
Thermostaatsensor 1
TH Ref wordt gemeten op thermostaatsensor 1. Met een aangesloten thermostaatsensor 2 schakelt het relais in als "TH Ref" op
thermostaatsensor 1 wordt onderschreden en uit als "TH Ref" + hysterese wordt overschreden op thermostaatsensor 2.
Thermostaatsensor 2
Optionele uitschakelsensor
Als "TH target" + hysterese wordt overschreden op thermostaatsensor 2 wordt het relais uitgeschakeld.
T eco
Voor spaarmodus
Als de spaarmodus (zie " Spaarmodus " op pagina 23) is ingeschakeld: tijdens het solarladen wordt deze ingestelde waarde "T
eco" gebruikt in plaats van "TH reference". Als de temperatuur daalt tot onder T eco op de thermostaatsensor 1, wordt het relais
ingeschakeld en verwarmt dit tot "T eco" + hysterese.
Spaarmodus
De spaarmodus schakelt de verwarming in als "T eco on" wordt onderschreven en verwarmt tot "T eco" + hysterese als solar-
lading of boiler voor vaste brandstof actief is.
Thermostaat ingeschakeld
Activiteittijden thermostaat
Hier worden de gewenste periodes ingesteld dat de werking van de thermostaat is goedgekeurd. Voor elke dag van de week
kunnen drie periodes worden gedefinieerd. Bovendien kunt u een individuele dag naar andere dagen kopiëren. De ther-
mostaatfunctie wordt buiten de ingestelde perioden uitgeschakeld.
Koeling
In dit menu wordt de koelfunctie geactiveerd en wordt de modus of koelfunctie ingesteld.
Verwarmingscircuit: in de modus Verwarmingscircuit wordt het verwarmingscircuit gebruikt voor koeling van de ruimte. Dit kan
een oppervlakteverwarmingscircuit zijn of een radiatorverwarmingscircuit. Voor deze bedrijfsmodus is een ruimtethermostaat met
vochtigheidssensor vereist (bijvoorbeeld RC22, ° CALEON Clima).
Airconditioning: in de airconditioningmodus kunnen fanspoelen die zijn aangesloten via het verwarmingscircuit, worden geac-
tiveerd voor ruimtekoeling.
Enkelvoudig: in deze modus wordt het schakelcontact geschakeld met betrekking tot de toegewezen sensor voor het koelen of
de gemeten
Temperatuur om externe airconditioning te regelen voor koeling van de ruimte.
Uit: de koelfunctie is uitgeschakeld.
Tref
De doeltemperatur van thermostaatsensor 1. Boven deze temperatuur wordt de koeling geactiveerd totdat Tref + hysterese is
bereikt.
Hysterese
Als de temperatuur op de koelsensor gelijk is aan Tset + Hys, wordt het relais uitgeschakeld.
23
Advertenties
Inhoudsopgave
