Werkwijze
IV
EL
IB
MA
ES
SK
BK
IB
GB
AB
144
De ingebouwde ATR1 zendt een laserstraal uit. Het
gereflecteerde licht wordt op een ingebouwde camera
(CCD) ontvangen. De stand van het gereflecteerde
lichtpunt op de CCD-camera wordt geëvalueerd en de
afwijking vanuit het centrum wordt in Hz en V bepaald.
De waarden van de afwijking vanuit het centrum van de
CCD-camera zijn een maatstaf voor de besturings-
commando's naar de motoren om de kruisdraad naar het
midden van de reflectie te verplaatsen of een bewegend
prisma te volgen.
Om de meettijd te minimaliseren wordt de kruisdraad
niet exact naar het midden van het prisma verplaatst. De
offset kan maximaal 5mm. zijn.
De Hz- en V-hoek worden dan met de afwijking tussen
het draadkruis en het midden van het prisma
gecorrigeerd.
Derhalve hebben de hoeken betrekking op het midden
van het prisma, onafhankelijk van het feit of de kruis-
draad nauwkeurig in het midden van het prisma staat.
Als de offset meer dan 5mm bedraagt en het prisma
exact is aangericht en in perfecte staat is, dan moet de
ATR1 opnieuw gekalibreerd worden. Als extreme
offsets regelmatig voorkomen, neem dan contact op met
Leica B.V. te Rijswijk.
Hz-afwijking
Kruisdraad
TPS-System 1000-2.4.0nl
Midden van prisma
© Leica