10
Afbeelding 57: Element Cirkel met Voorbeeldweergave element bij meetpuntopname met
actief OED-meetgereedschap
10.4
Meting uitvoeren
10.4.1
Meting voorbereiden
Meetobject en meetmachine reinigen
Verontreinigingen, bijv. door spanen, stof en olieresten, leiden tot onjuiste
meetresultaten. Meetobject, meetobject-opname en sensor moeten vóór het
begin van de meting schoon zijn.
Meetobject, meetobjectopname en sensoren met geschikte reinigingsmiddelen
reinigen
Meetobject op temperatuur brengen
Meetobjecten moeten lang genoeg op de meetmachine blijven om de
meetobjecten zich te laten aanpassen aan de omgevingstemperatuur. Vanwege de
afmetingsverschillen van de meetobjecten bij temperatuurschommelingen moeten
de meetobjecten op temperatuur kunnen komen.
Op die manier krijgt u een zinvolle meting. Meestal bedraagt de
referentietemperatuur 20 °C.
Geef meetobjecten voldoende tijd om op temperatuur te komen
Omgevingsinvloeden verminderen
Omgevingsinvloeden zoals bijv. straling van licht, een trillende vloer of
luchtvochtigheid kunnen de meetmachine, de sensoren of de meetobjecten
beïnvloeden. Hierdoor kan het meetresultaat onbetrouwbaar worden. Bij bepaalde
invloeden, zoals straling van licht, wordt ook de meetonzekerheid negatief
beïnvloed.
Omgevingsinvloeden onderdrukken of voorkomen
230
HEIDENHAIN | QUADRA-CHEK 2000 | Bedieningshandleiding | 07/2019
Meting | Meting uitvoeren