Faxen
Faxintensiteit aanpassen
Opmerking: Controleer of de fax is geconfigureerd. Raadpleeg het gedeelte
voor meer informatie.
1
Plaats een origineel document in de ADF-lade of op de glasplaat.
2
Tik vanuit het startscherm op Fax en voer de benodigde informatie in.
3
Tik op Intensiteit en pas vervolgens de instelling aan.
4
Verzend de fax.
Faxlog afdrukken
Opmerking: Controleer of analoge fax of etherFAX is geconfigureerd. Raadpleeg het gedeelte
instellen voor faxen
voor meer informatie.
1
Tik in het startscherm op Instellingen > Rapporten > Fax.
2
Tik op Faxtaaklog of op Kieslog faxnummers.
Ongewenste faxen blokkeren
Opmerking: Controleer of analoge fax of etherFAX is geconfigureerd. Raadpleeg het gedeelte
instellen voor faxen
voor meer informatie.
1
Raak in het startscherm Instellingen > Fax > Faxinstellingen > Faxontvangstinstellingen > Beheercontrole
aan.
2
Stel Fax zonder naam blokkeren in op Aan.
Faxen in wachtrij
Opmerking: Controleer of analoge fax of etherFAX is geconfigureerd. Raadpleeg het gedeelte
instellen voor faxen
voor meer informatie.
1
Raak in het startscherm Instellingen > Fax > Faxinstellingen > Faxontvangstinstellingen > Faxen in de
wachtstand zetten aan.
2
Selecteer een modus.
Een fax doorsturen
Opmerking: Controleer of analoge fax of etherFAX is geconfigureerd. Raadpleeg het gedeelte
instellen voor faxen
voor meer informatie.
1
Maak een snelkoppeling voor de bestemming.
a
Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
Printer instellen voor faxen
Printer
Printer
Printer
Printer
97