26
9. BEGRIPPENLIJST
BUS / Draadloze apparaten
Het bedieningspaneel vormt het belangrijkste knooppunt van het beveiligingssysteem. Dit kan op twee manieren
communiceren met alle apparaten: via de BUS, dat wil zeggen met behulp van datakabels binnen de bewaakte ruimten of
een gedeelte ervan; of draadloos op basis van radiocommunicatie. BUS-apparaten worden gevoed via het bedieningspaneel.
Draadloze apparaten moeten uitgerust zijn met batterijen, waarvan de levensduur afhankelijk is van de gebruiksintensiteit.
Sommige van de draadloze apparaten worden gevoed met 250V van het elektriciteitsnet.
Besturingssegment
Dit is het besturings- en signaleringsonderdeel van de toegangsmodule (toetsenbord). Een segment bevat een beschrijving
van zijn functie en heeft twee knoppen met achtergrondverlichting - een groene aan de linkerkant en een rode of gele aan de
rechterkant. Een segment wordt gebruikt om eenvoudig en duidelijk een deel van het systeem te beheren en tegelijkertijd de
status weer te geven met behulp van kleurindicatoren (groen bij uitschakeling, rood bij inschakeling en geel bij gedeeltelijke
instelling). Het aantal segmenten en hun functies worden bepaald door de servicetechnicus.
RFID-kaart / Tag
Via de RFID-kaart/tag kan de gebruiker het systeem bedienen. De RFID-kaart/tag wordt gebruikt voor contactloze autorisatie
door de kaart/tag eenvoudig te plaatsen op de toetsenbordlezer. Het vervangt of vult aan de ingevoerde numerieke codes. De
RFID-kaart kan gedragen worden in een portefeuille. De RFID-tag kan bevestigd worden aan een sleutelbos.
Sectie
Het alarmsysteem kan worden verdeeld in verschillende kleinere, onafhankelijke functionele onderdelen, die secties worden
genoemd. Elke sectie kan eigen toegewezen detectoren, toetsenborden, alsook sirenes, gebruikers en hun telefoonnummers
hebben. Er kunnen per systeem maximaal 15 secties zijn.
Programmeerbare PG-uitgangen
Het beveiligingssysteem kan worden gebruikt om andere elektrische apparaten of installaties aan/uit te schakelen of te
besturen. Dit wordt gedaan met behulp van programmeerbare uitgangen, die bestuurd kunnen worden door de gebruiker (via
tekstberichten, met behulp van het toetsenbord, etc.) of geautomatiseerd gebaseerd op de systeemstatus (als gevolg van de
systeemstatus alarmstatus, storingen etc.).
Huisautomatisatie
Naast de dienst als inbraakalarmsysteem biedt de JABLOTRON 100 nog een aantal andere functies. Tot de meest populaire
functies behoren: elektrische doorsloten, automatische lichtschakelaars met bewegingsdetectoren en de afstandsbediening van
apparaten (elektrische verwarming, garagedeuren, poorten, inloophindernissen, etc.).
Noodalarm
Wanneer een gebruiker in gevaar is en urgent hulp nodig heeft, kan het paniekalarm worden geactiveerd. Het paniekalarm
kan worden ingesteld als een toegewezen segment op het toetsenbord, een speciale code, een paniekknop, of als een specifieke
combinatie van toetsen op een afstandsbediening. Als het systeem aangesloten is op een meldkamer, leidt de activering van het
paniekalarm tot een onmiddellijke reactie (versturing van een voertuig), wat niet kan worden geannuleerd via telefoon.
Veiligheidscentrum, ARC
Een alarmontvangstcentrale – een permanent bemande veiligheidsdienst (24/7/365) – is in staat om direct te reageren op
informatie ontvangen van het bewaakte pand en op passende wijze te reageren of te handelen volgens interne regels.
Voor vragen en meer informatie neem contact op met uw installateur.
MLJ54210