2. BEDIENING VAN HET SYSTEEM JABLOTRON 100
2.10 BESTURING VAN PG-UITGANGEN VIA...
2.10.1 Toetsenbordsegment
Een PG-uitgang wordt ingeschakeld door het indrukken van een knop rechts van het segment en uitgeschakeld
door het indrukken van de knop aan de linkerkant. Als de uitgang geconfigureerd wordt als pulsuitgang, wordt het
uitgeschakeld op basis van de vooraf ingestelde tijd.
PG-besturing kan wel of niet worden opgeslagen in het gebeurtenisgeheugen van het bedieningspaneel. De
configuratie wordt uitgevoerd door een service technicus.
Autorisatie wordt (niet) vereist op basis van de systeemconfiguratie.
2.10.2 Autorisatie van het gebruikerstoetsenbord
Het is mogelijk om een PG-uitgang gewoon te activeren door de autorisatie van de gebruiker (het invoeren van
een code of met behulp van een RIFD-tag). De PG-uitgang moet worden geconfigureerd voor het activeren van een
aangewezen toetsenbord.
2.10.3 Besturing op afstand
Door te drukken op een toegewezen knop van een afstandsbediening. Tweerichtings afstandsbedieningen
bevestigen de activering van PG-uitgangen met een LED-indicator.
2.10.4 Het inbellen
Elk telefoonnummer, dat opgeslagen is in het systeem (één gebruiker kan slechts één telefoonnummer hebben),
kan het systeem besturen door gewoon in te bellen (d.w.z. zonder een gesprek te starten). Bellen bestaat uit de keuze
van het telefoonnummer van de SIM-kaart, die gebruikt wordt in het beveiligingssysteem en de ophanging, voordat
het systeem de oproep beantwoordt. Het systeem beantwoordt normaal de oproep na de derde beltoon (ongeveer 15
seconden).
2.10.5 SMS-BERICHT
Het verzenden van een SMS kan een bepaalde PG in- of uitschakelen. Autorisatie wordt (niet) vereist op basis van
de systeemconfiguratie.
Voorbeeld: CODE_CONFIGURED TEXT
2.10.6 MyJABLOTRON-website
Door te klikken op AAN/UIT op het tabblad Automatisering (PG).
2.10.7 My JABLOTRON-smartphone-applicatie
Door te klikken op AAN/UIT op het tabblad Automatisering (PG).
3. BLOKKEREN / UITSCHAKELEN VAN HET SYSTEEM
3.1
HET BLOKKEREN VAN GEBRUIKERS
Elke gebruiker kan tijdelijk worden geblokkeerd (bijvoorbeeld wanneer een gebruiker zijn kaart/tag verliest of
zijn toegangscode bekend wordt gemaakt). Als een toegang van de gebruiker is geblokkeerd, zullen zijn ID-code of
kaart/ tag niet meer geaccepteerd worden door het systeem. De gebruikers zullen op hun telefoon ook geen sms-
waarschuwingen of spraakmeldingen ontvangen.
Alleen de systeemadministrator of servicetechnicus kan een gebruiker blokkeren. Een methode om de
toegangsrechten te ontnemen is Instellingen / Gebruikers / Gebruiker / Bypass en „Ja" te selecteren op het LCD-
toetsenbord. Een andere optie is om lokaal of op afstand een gebruiker te blokkeren via de software J-Link door te
klikken op de gebruiker in de kolom Instellingen / Gebruikers / Gebruiker blokkeren.
Een geblokkeerde (uitgeschakelde) gebruiker zal gemarkeerd worden met een rode cirkel, totdat de blokkering
wordt opgeheven.
("_"teken = spatie)
21