GRONDBEGINSELEN VAN HET NAAIEN — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
2
GRONDBEGINSELEN VAN HET NAAIEN
Lees het onderstaande voordat u gaat naaien
VOORZICHTIG
●
Voorkom letsel door goed op de naald te letten wanneer u de machine gebruikt. Blijf met uw
handen uit de buurt van bewegende delen.
●
Rek de stof niet uit en trek er niet aan tijdens het naaien. Anders raakt de naald mogelijk
beschadigd, en kunt u letsel oplopen.
●
Gebruik geen verbogen of gebroken naalden. Anders kunt u letsel oplopen.
●
Let op dat de naald tijdens het naaien geen rijgspelden of andere voorwerpen raakt.
Daardoor kan de naald breken en kunt u letsel oplopen.
●
Gebruik altijd de juiste persvoet. Wanneer u de onjuiste persvoet gebruikt, raakt de naald
mogelijk de persvoet. Hierdoor kan de naald verbuigen of breken, waardoor u mogelijk letsel
oploopt.
●
Wanneer u het handwiel met de hand draait, draai dan altijd naar u toe (tegen de klok in).
Wanneer u het handwiel de andere kant op draait, raakt de draad mogelijk in de war,
waardoor de naald of de stof beschadigd kunnen raken, of u letsel kunt oplopen.
●
Begin niet te naaien zonder de stof onder de persvoet te plaatsen. Anders kan de persvoet
beschadigd raken.
Beginnen met naaien
Zet de machine aan.
1
Zet de naald omhoog door het handwiel
2
naar u toe te draaien (tegen de klok in)
zodat de markering op het wiel omhoog
staat.
Draai de patroonkeuzeknop om een steek
3
te selecteren (zie pagina 9 - 12).
Verwissel de persvoet (zie pagina 8).
4
23
Zet de persvoethendel omhoog.
5
1 Persvoethendel
Plaats de stof onder de persvoet, leid de
6
draad onder de persvoet en trek ca. 5 cm
(2 inch) draad naar de achterkant van de
machine.
1
1 5 cm (2 inch)
1