k Regels die van toepassing zijn op
vergelijkingen bij het gebruik van de
SOLVE bewerking
• U kunt de volgende typen syntax gebruiken voor de oplossing-
variabele.
Voorbeeld: Y = X + 5, Y (op te lossen door Y.);
Hieronder volgt de syntax voor de logaritmische (log) functie.
Y = X × log(2
Y = X × log(2,Y
Y = X × log(2,Y) (Wanneer de variabele specificatie ",X"
• Tenzij u dat anders aangeeft wordt een vergelijking opgelost voor
X.
Voorbeeld: Y = X + 5, X = sin(M), X + 3 = B + C,
• De SOLVE bewerking kan niet worden gebruikt om een vergelijking
op te lossen die een integraal, een afgeleide, een
Pol( functie, een Rec( functie, of een meervoudige bewering bevat.
• Er treedt een foutmelding (Variable ERROR) op wanneer de
uitdrukking die moet worden opgelost geen oplossingvariabele
bevat.
k Voorbeeld SOLVE bewerking
Voorbeeld: Om
MATH
Sf(Y)Ss(=)Sy(A)
S)(X)w+Se(B)
Geeft een prompt voor het invoeren van een waarde for Y.
XB = C + D, B (op te lossen door B.)
(Wanneer de variabele specificatie ",X"
achterwege gelaten is, wordt de vergelijking Y
= X × log
(Wanneer de variabele specificatie ",Y"
aanwezig is, wordt de vergelijking Y = X × log
opgelost voor Y.)
achterwege gelaten is, wordt de vergelijking Y
= X × log
XY + C (behandeld als XY + C = 0.)
2
y
ax
=
+
b
1 en
= –2.
1)(,)S)(X)
1s(SOLVE)
2 opgelost voor X.)
10
Y opgelost voor X.)
2
b
op te lossen voor
D-36
Σ
( functie, een
x
y
wanneer
= 0,
Math
Math
Huidige waarde van Y
2
10
a
=