Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Koudemiddelleidingen Op Dichtheid Controleren; Afgiftecircuitaansluitingen Installeren; Koud- En Warmwateraansluiting Installeren; Drinkwaterleidingen Monteren - Vaillant uniTOWER VWL 58/5 IS Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Opgelet!
Gevaar voor beschadiging van koudemid-
delleiding door te hoog aandraaimoment
Let erop, dat de volgende draaimomenten
alleen voor flensverbindingen gelden. De
draaimomenten voor SAE-verbindingen
zijn lager.
4.
Draai de flensmoer vast.
Verwar-
Buisdiameter
mingsver-
mogen
3 tot 5 kW
1/4 "
7 tot 12 kW
3/8 "
5.
Sluit de heetgasleiding (2) aan. Gebruik de flensmoer
van het product.
6.
Draai de flensmoer vast.
Verwar-
Buisdiameter
mingsver-
mogen
3 tot 5 kW
1/2 "
7 tot 12 kW
5/8 "
5.4
Koudemiddelleidingen op dichtheid
controleren
1.
Controleer de koudemiddelleidingen op dichtheid (zie
installatiehandleiding buitenunit).
2.
Zorg ervoor dat de isolatie van de koudemiddelleidin-
gen na de installatie nog volstaat.
5.5

Afgiftecircuitaansluitingen installeren

1
Installeer de aanvoer (2) en de retour (1) van het afgifte-
circuit volgens de normen.
Aansluitingssymbolen (→ Hoofdstuk 3.9)
32
5.6
Aanhaalmoment
15 ... 20 Nm
35 ... 45 Nm
5.7
Aanhaalmoment
Voor de aansluiting van de drinkwaterleidingen op de warm-
waterboiler worden verschillende leidingsets als toebehoren
voor de installatie voor opbouw of inbouw aangeboden.
50 ... 60 Nm
Voor het ter plekke te installeren buizennetwerk zijn de vol-
65 ... 75 Nm
gende componenten nodig:
De warmwater-thermostaatmenger zorgt ervoor, dat het hete
water uit de boiler met koud water tot een gewenste maxi-
male temperatuur tussen 30 en 70 °C gemengd wordt. Als
bij de ingebruikneming van de CV-installatie de warmwater-
thermostaatmenger op de gewenste maximale temperatuur
ingesteld wordt, dan wordt deze maximale temperatuur aan-
2
gehouden op de warmwateraftappunten.
5.8
1.
2.
3.
4.
5.
6.

Koud- en warmwateraansluiting installeren

Installeer de koudwateraansluiting (2) en de warmwater-
aansluiting (1) volgens de normen.
Aansluitingssymbolen (→ Hoofdstuk 3.9)

Drinkwaterleidingen monteren

Warmwater-thermostaatmenger
Eventueel warmwaterexpansievat
evt. drukregelaar in de koudwaterleiding
evt. zwaartekrachtrem in het CV-circuit
Onderhoudskranen
Eventueel circulatiepomp voor legionellabescherming
Neem bij de montage van de aansluitleidingen de monta-
gehandleiding in acht, die bij het betreffende toebehoren
zit.
Om een werkzame verbrandingsbescherming te waar-
borgen, moet de thermostaatmenger op < 60 °C inge-
steld worden en moet de temperatuur op een warmwater-
aftappunt gecontroleerd worden.
Afvoerbuis aan het overstortventiel
monteren
Monteer de afvoerbuis met een continu neerwaarts
afschot in een vorstvrije omgeving.
Zorg ervoor dat de grootte van de afvoerbuis overeen-
komt met de grootte van het voor het model goedge-
keurde overstortventiel.
Zorg ervoor dat de afvoerbuis maximaal twee bochten
heeft en maximaal 2 m lang is.
Zorg ervoor dat het buiseinde zichtbaar is.
Laat de afvoerbuis zo eindigen, dat bij het lekken van
water of damp geen personen verwond en geen kabels
en geen elektrische onderdelen beschadigd kunnen
worden.
Open het overstortventiel regelmatig om kalkafzetting
te verwijderen en controleer of de inrichting niet ge-
blokkeerd is.
Installatie- en onderhoudshandleiding 0020257285_04
1
2

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave