deze gebruikers mogen het apparaat alleen onder de
volgende voorwaarden gebruiken:
•
de gebruikers staan onder toezicht.
•
de gebruikers zijn geïnstrueerd over het veilige gebruik.
•
de gebruikers begrijpen de risico's bij het hanteren van het
apparaat.
•
kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
kinderen en huisdieren moeten te allen tijde onder toezicht
staan en uit de buurt van het apparaat worden gehouden.
Wij raden aan om een voorziening aan te brengen om
deze groep te beschermen (bijv. tegen hete onderdelen van
het apparaat).
1.3
Gedrag in een noodsituatie
A breng uzelf nooit in gevaar.
als dit zonder gevaar voor uzelf mogelijk is:
A Waarschuw andere mensen.
A roep andere mensen op om het gebouw te verlaten.
A stel het apparaat buiten bedrijf.
in geval van brand:
A gebruik nooit water om het apparaat te blussen.
A gebruik de voorgeschreven brandblusser.
¨ "5.6.1 Voorwaarden voor de verbranding"
(pagina 34).
1.4
Algemene veiligheidsinstructies
D WAARSCHUWING!
Gevaar door niet-naleving van de gebruiks- en
montagehandleiding!
deze handleiding bevat belangrijke informatie voor een veilig
gebruik van het apparaat. er wordt in het bijzonder gewezen
op mogelijke risico's. niet-naleving kan leiden tot ernstig of
dodelijk letsel.
A lees deze handleiding zorgvuldig door.
A Volg de veiligheidsinstructies in deze handleiding op.
A bewaar de handleiding op een toegankelijke plaats.
in de volgende gevallen is het gebruik van het apparaat
verboden:
•
in geval van schade aan het apparaat of aan afzonderlijke
componenten.
•
in geval van eigenmachtige verbouwingen of veranderingen
aan het apparaat.
•
na onjuiste reparaties.
•
in geval van ontbrekende of niet-functionerende
veiligheidsvoorzieningen.
•
in garages, trappenhuizen of algemeen toegankelijke gangen.
•
in ruimten met een luchtvochtigheid van meer dan 50%.
(bijv. zwembaden, spa's).
•
in ruimten met chloorhoudende lucht (bijv. zwembaden, spa's).
•
in explosiegevaarlijke zones.
in de volgende gevallen aanvaardt de fabrikant geen
aansprakelijkheid voor schade:
•
in geval van niet-naleving van deze handleiding.
•
in geval van oneigenlijk gebruik.
•
in geval van onjuist gebruik.
•
bij gebruik door onbevoegde doelgroepen.
•
in geval van montage en reparatie door onbevoegd
vakpersoneel.
•
in geval van eigenmachtige verbouwingen.
•
bij gebruik van onderdelen die niet door de fabrikant zijn
vervaardigd of goedgekeurd.
•
in geval van omzeilen van de veiligheidsvoorzieningen van
het apparaat.
•
in geval van niet-naleving van de onderhouds- en
reinigingsintervallen.
afhankelijk van de werkzaamheden moeten verdere veiligheids-
instructies in acht worden genomen. de veiligheidsinstructies
staan in het desbetreffende hoofdstuk van deze handleiding.
¨ "4.1 Veiligheidsinstructies met betrekking tot de montage"
(pagina 13).
¨ "5.1 Veiligheidsinstructies voor het gebruik" (pagina 25).
¨ "6.1 Veiligheidsinstructies voor de reiniging" (pagina 40).
¨ "7.1 Veiligheidsinstructies voor het onderhoud" (pagina 41).
¨ "8.1 Veiligheidsinstructies voor de demontage"
(pagina 47).
Montage- en gebruikshandleiding | LINE/LINE+ | 04.2022 | nl
5