De connectiewizard volgen
Het type LAN selecteren
Draadloos LAN
Alle actieve draadloze LAN-apparaten in uw omgeving worden gedetecteerd en weergegeven.
Bekabeld LAN
Het scherm [Netwerk] verschijnt. Ga naar "Netwerkinstellingen configureren" op pagina 18 als
u een bekabeld netwerk hebt geselecteerd.
Gebruik een LAN-kabel van het type STP, categorie 5 of hoger. (STP: Shielded Twisted Pair)
Het draadloze netwerk selecteren
U ziet alle draadloze LAN-apparaten met identificatiegegevens. Selecteer de SSID (of ESS-ID)
van het gewenste draadloze LAN-apparaat.
1
2 3
1
Geeft aan of het apparaat in infrastructuur- of ad-hocmodus staat.
2
Een pictogram geeft aan dat het draadloze LAN-apparaat zorgt voor codering (encryptie)
van de communicatie.
3
Geeft de eerste 9 tekens van de SSID.
4
Geeft aan welk kanaal wordt gebruikt.
Codering door draadloze LAN-apparaten
Als het draadloze LAN-apparaat communicatie codeert, selecteert u bij [Verificatie] en
[Encriptie] de bijbehorende methode.
[Verificatie]: Open systeem, Shared key, WPA-PSK of WPA2-PSK
[Encryptie]: WEP, TKIP of AES
16
Selecteer met het snelkeuzewiel <5> het type
LAN en druk vervolgens op <0>.
Selecteer [OK] en druk op <0> om naar het
volgende scherm te gaan.
Druk op <0> om het draadloze LAN-apparaat te
4
selecteren.
Selecteer met het snelkeuzewiel <5> het
draadloze LAN-apparaat en druk vervolgens op
<0>.
Selecteer [OK] en druk op <0> om naar het
volgende scherm te gaan.