Een iPod/iPhone aansluiten
U kunt een iPod/iPhone aansluiten op dit toestel via de
iPod-interfacekabel (meegeleverd bij de iPod/iPhone). Wanneer er een
iPod/iPhone aangesloten is op dit toestel, kunt u ervoor kiezen de iPod/
iPhone te bedienen via de bedieningselementen van de iPod/iPhone zelf
of via de hoofdeenheid. Zie "De bediening van de iPod instellen" op
pagina 43 voor meer informatie.
CDE-W296BT
Dit toestel
iPod/iPhone
(apart verkrijgbaar)
Meegeleverd bij iPod/iPhone
CDE-195BT
Dit toestel
iPod/iPhone
(apart verkrijgbaar)
Meegeleverd bij iPod/iPhone
Opmerkingen
• Internet- en telefoonfuncties van de iPod touch of iPhone enz. kunnen
ook worden gebruikt wanneer deze verbonden zijn met dit toestel. De
nummers die worden afgespeeld, zullen door het gebruik van deze
functies echter gestopt of gepauzeerd worden. Voer op dat ogenblik dus
geen handelingen uit om storingen te voorkomen.
• Een iPhone die met dit toestel is verbonden, kan als een iPod of
handenvrije telefoon worden gebruikt. De iPhone moet gekoppeld zijn
met de Bluetooth van het toestel om de handenvrije functie te kunnen
gebruiken.
• Laat geen iPod/iPhone in een auto liggen, aangezien het mechanisme
ervan gevoelig is aan hoge temperaturen en vochtigheid, wat tot schade
kan leiden.
iPod/iPhone-modellen die met dit toestel kunnen worden gebruikt
• De volgende apparaten werden gecertificeerd volgens de Made for
iPod-richtlijnen. Het correct functioneren van eerdere versies kan
niet worden gegarandeerd.
USB-aansluiting
USB-aansluiting
iPod nano (7e generatie): versie 1.0.2
iPod touch (5e generatie): Ver.7.0.4
iPod touch (4e generatie): Ver.6.1.5
iPod nano (6e generatie): versie 1.2
iPod touch (3e generatie): versie 5.1.1
iPod nano (5e generatie): versie 1.0.2
iPod classic (160 GB) (eind 2009): versie 2.0.4
iPod touch (2e generatie): versie 4.2.1
iPod nano (4e generatie): versie 1.0.4
iPod classic (120 GB): versie 2.0.1
iPod touch (1e generatie): versie 3.1.3
iPod nano (3e generatie): versie 1.1.3
iPod classic (80 GB, 160 GB): versie 1.1.2
• De volgende apparaten werden gecertificeerd volgens de Made for
iPhone-richtlijnen. Het correct functioneren van eerdere versies kan
niet worden gegarandeerd.
iPhone 5s: Ver.7.1.1
iPhone 5c: Ver.7.1.1
iPhone 5: Ver.7.1.1
iPhone 4s: Ver.7.1.1
iPhone 4: Ver.7.1.1
iPhone 3GS: Ver.6.1.6
iPhone 3G: versie 4.2.1
iPhone: versie 3.1.3
• Om te bepalen welk iPod-model u hebt, raadpleegt u het
Apple-document "Identifying iPod models" op
http://support.apple.com/kb/HT1353.
• Dit toestel laat geen videoweergave via iPod/iPhone toe, ook al wordt
een voor video geschikte kabel gebruikt.
De bediening van de iPod instellen
Wanneer er een iPod/iPhone wordt aangesloten, kunt u deze bedienen
via de bedieningselementen van de iPod/iPhone zelf of via de
hoofdeenheid.
1
Houd /ENTER/OPTION gedurende minstens 2
seconden ingedrukt terwijl de iPod geselecteerd is als
bron.
Het optiemenu voor de iPod-modus wordt geactiveerd.
2
Draai aan de draaiknop om APP DIRECT te selecteren en
druk vervolgens op ENTER.
De iPod-bedieningsmodus schakelt tussen iPod MODE en HU
MODE.
HU (HEAD UNIT) MODE:
U kunt de iPod/iPhone bedienen via dit toestel.
In deze modus kunt u vanaf het hoofdapparaat gebruikmaken van de
functies afspelen in M.I.X., herhalen en muziek zoeken op een iPod/
iPhone.
Opmerking
• Als u in HU MODE bedieningshandelingen uitvoert vanaf een iPod/
iPhone, stemmen het scherm en de bediening van het hoofdapparaat
mogelijk niet overeen met deze van de iPod/iPhone.
iPod MODE:
U kunt de iPod/iPhone bedienen via de bedieningselementen van de
iPod/iPhone zelf. Wanneer iPod MODE geselecteerd is, kunnen een
aantal functies niet gebruikt worden via het toestel.
Opmerkingen
• Tijdens HU MODE kunt u rechtstreeks overschakelen naar iPod MODE
door op OBAND te drukken.
• De iPod/iPhone wordt gepauzeerd als de bedieningsmodus gewijzigd
wordt. Druk op om door te gaan.
43
-NL