Onderdelen en knoppen van de camera
Mijn camera >
10
9
8
Nr.
Naam
Instelwieltje 2
•
Op het menuscherm: beweeg naar het
gewenste menu-item.
•
In het Smart-paneel: ga naar de
gewenste optie.
•
In de opnamemodus: pas de sluitertijd,
diafragmawaarde, instellingen
1
voor Programmaverschuiving,
belichtingswaarde of ISO-waarde in
bepaalde opnamemodi aan of verplaats
het scherpstelgebied. (p. 177)
•
In de afspeelmodus: het vorige of
volgende bestand weergeven. Scan
achteruit of vooruit in een video.
Nr.
Naam
2
Video-opnametoets
EV-toets
1
•
Houd de toets ingedrukt en draai het
2
3
instelwieltje 1 om de belichtingswaarde
3
aan te passen. (p. 115)
•
De toegewezen functie uitvoeren. (p. 176)
4
5
f-toets
•
Tijdens het maken van een foto: het
6
Smart-paneel openen om de instellingen
4
nauwkeuriger af te stellen.
•
Tijdens het maken van een video:
7
schakelen tussen AF en MF.
o-toets
•
Op het menuscherm: de geselecteerde
opties opslaan.
5
•
In de opnamemodus: handmatig
een scherpstelgebied in bepaalde
opnamemodi selecteren.
Navigatietoets
•
In de opnamemodus
-
D: de informatie op het scherm
wijzigen.
-
I: een ISO-waarde selecteren.
-
6
C: een opnamemodus selecteren of de
timer instellen.
-
F: een AF-stand selecteren.
•
In andere situaties
Respectievelijk omhoog, omlaag, naar
links en naar rechts gaan.
Nr.
Naam
Toets Verwijderen/aangepast
•
In de opnamemodus: overschakelen naar
de standby-stand voor video-opname of
7
de toegewezen functie uitvoeren. (p. 174)
•
In de afspeelmodus: bestanden
verwijderen.
Afspeeltoets
8
Ga naar de afspeelmodus om afbeeldingen
of video's weer te geven.
Statuslampje
De status van de camera aangeven.
•
Knippert: wanneer een foto wordt
opgeslagen, een video wordt
opgenomen, gegevens naar een
computer worden verzonden, verbinding
9
met een WLAN wordt gemaakt of een foto
wordt verzonden.
•
Continu aan: wanneer er geen
gegevensoverdracht plaatsvindt, de
overdracht van gegevens naar een
computer is voltooid of als de batterij
wordt opgeladen.
m-toets
10
Opties of menu's openen.
31