Mijn camera
Onderdelen en knoppen van de camera
1
2
3
4 5
17
16
15
14
13
12
11
Nr.
Naam
Modusdraaiknop
•
t: Automatische modus (p. 60)
•
P: Programmamodus (p. 62)
•
A: Diafragmaprioriteitmodus (p. 64)
•
S: Sluiterprioriteitstand (p. 65)
1
•
M: Handmatige modus (p. 66)
•
T: Aangepaste modus (p. 67)
•
i: Samsung Automatische opname
(p. 69)
•
s: Smart-modus (p. 71)
Nr.
Naam
Instelwieltje 1
4
6
•
Op het menuscherm: beweeg naar het
gewenste menu-item.
•
In het Smart-paneel: pas een
7
geselecteerde optie aan.
•
In de opnamemodus: pas de sluitertijd,
8
diafragmawaarde, instellingen
voor Programmaverschuiving,
2
belichtingswaarde of ISO-waarde in
9
bepaalde opnamemodi aan of wijzig het
formaat van een scherpstelgebied. (p. 177)
•
In de afspeelmodus: miniaturen
weergeven of een foto vergroten of
verkleinen. Een fotobundel openen of
10
sluiten in de afspeelmodus. Een video
vooruit of achteruit scannen.
MOBILE-toets
3
Een Wi-Fi-functie selecteren.
4
Microfoon
5
Hot-shoe
6
Luidspreker
Lenscontactpunten
7
* Vermijd contact met of schade aan de
lenscontactpunten.
Nr.
Naam
8
Oogje voor de polslus van de camera
Interne antenne
9
* Vermijd contact met de interne antenne tijdens het
gebruik van een draadloos netwerk.
10
Lensontgrendeltoets
Beeldsensor
11
* Vermijd contact met of schade aan de beeldsensor.
12
Lensvatting
13
Lensvattingmarkering
14
AF-hulplampje/timerlampje
15
Aan/uit-schakelaar
16
Ontspanknop
AEL-toets (p. 117)
•
In de opnamemodus: vergrendel
de aangepaste belichtingswaarde of
17
scherpstelling of voer de toegewezen
functie uit.
•
In de afspeelmodus: beveilig het
geselecteerde bestand.
30