Afspelen en bewerken
Foto's bewerken
Fotobewerkingstaken uitvoeren, zoals formaat wijzigen of draaien.
Bewerkte foto's worden als nieuw bestand opgeslagen met verschillende
bestandsnamen. Foto's die zijn vastgelegd in bepaalde modi kunnen niet
worden bewerkt met de functie Afbeelding bewerken.
Afbeeldingen
Scrol in de afspeelmodus naar een foto en druk op [m]
bewerken:
Afbeelding bewerken
z
•
Sommige afbeeldingen kunnen niet worden bewerkt met de functie Afbeelding
bewerken. Gebruik in dit geval de meegeleverde software voor het bewerken van
afbeeldingen.
•
De camera slaat bewerkte foto's op als nieuwe bestanden.
•
Bewerkte foto's kunnen worden geconverteerd naar een lagere resolutie.
•
U kunt geen foto's bewerken wanneer u continuopnamen bekijkt in een
fotobundel. Open de fotobundel en selecteer een foto om deze te bewerken.
Een foto bijsnijden
1
2
een optie.
3
4
5
Raak
aan.
Sleep de zijkanten van het vak om het formaat van het
bijsnijdgebied aan te passen.
Sleep het vak om de locatie van het bijsnijdgebied aan te passen.
Druk op [o] of raak Gereed aan.
Raak
aan om op te slaan.
137