Flitser
Opnamefuncties >
Optie
Beschrijving
Draadloze flitser
Instellen dat de draadloze synchronisatie moet worden
gebruiken
gebruikt. (Uit*, Aan)
Selecteer kanalen voor draadloze synchronisatie. Er zijn
vier externe kanalen beschikbaar waardoor meerdere
externe systemen op hetzelfde moment in werking
Kanaal
kunnen zijn. De hoofdflitser en de slave-flitsereenheden
in hetzelfde externe systeem moeten op hetzelfde kanaal
zijn ingesteld. (K. 1, K. 2, K. 3, K. 4)
Stel de flitserstand in voor groep A, B of C. Wijzigingen
in de flitserstand moeten worden aangebracht op de
hoofdflitser. De wijzigingen worden vervolgens toegepast
op slave-groep A, B of C. De slave-groepen werken als een
extern systeem van de flitsermodus (TTL of handmatig) in
overeenstemming met de instellingen van de hoofdflitser.
Groepsflitserstand
•
A-TTL: de belichting van de flitser instellen wanneer de
flitserstand is ingesteld op A-TTL.
•
Handmatige flitser: de helderheid van de flitser
instellen wanneer de flitserstand is ingesteld op
Handmatige flitser.
•
Uit: de flitser niet gebruiken.
•
U kunt de Externe-flitserinstellingen niet selecteren wanneer u de functie
Externe draadloze flitser gebruikt.
•
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de optionele externe flitser (SEF-580A) voor
informatie over het gebruik van de functie voor draadloze synchronisatie met een
externe flitser.
De flitserintensiteit vergrendelen
* Standaard
Wanneer de flitserstand is ingesteld op A-TTL, berekent de camera
automatisch de optimale belichting door middel van een voorflits. Als de
belichting niet correct wordt berekend, gebruikt u de FEL-functie. De voorflits
gaat af op het gebied dat u hebt ingesteld en de flitserintensiteit wordt
vergrendeld.
De flitserintensiteit
vergrendelen:
Stel de functie van [a] in op FEL
stel scherp op het
belichtingsgebied
druk op [a].
110