Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

ProMinent DULCODOS DSPb Montage- En Gebruikershandleiding pagina 45

Verberg thumbnails Zie ook voor DULCODOS DSPb:
Inhoudsopgave

Advertenties

Temperatuurinvloeden op de buffer
Buffertemperatuur
Bij van 25 °C afwijkende temperaturen in het
proces, moet de pH-waarde van de bufferoplos‐
sing worden aangepast, hierbij de op de fles van
de bufferoplossing aangebrachte referentie‐
waarden voor de kalibratie invoeren in de regelaar.
Temperatuurinvloeden op de buffer
Een niet correct vooringestelde buffertemperatuur
kan leiden tot een foutieve kalibratie.
Elke buffer heeft verschillende temperatuurin‐
vloeden. Om deze temperatuurinvloeden te com‐
penseren, zijn er verschillende keuzemogelijk‐
heden, zodat de regelaar de buffertemperatuur
correct kan verwerken.
Buffertemperatuur [Handmatig]: De buffertem‐
peratuur moet bij beide buffers hetzelfde zijn.
De buffertemperatuur moet bij het menu-item
[CAL-Setup] worden ingevoerd bij de regelaar.
Buffertemperatuur [Automatisch]: Hierbij moet
de aan de regelaar aangesloten temperatuur‐
voeler samen met de pH-sensor in de buffer
worden gedoopt. Wacht hierbij lang genoeg, tot
de pH- en temperatuursensor de buffertempe‐
ratuur hebben aangenomen.
Buffertemperatuur [Uit]: deze instelling wordt
niet aanbevolen. Gebruik a.u.b. een andere
instelling.
De bij de kalibratie weergegeven sensorstabiliteitsinformatie
[voldoende] , [goed] en [zeer goed] geeft aan, hoe sterk het sensor‐
signaal schommelt bij de kalibratie. Bij aanvang van de kalibratie is
de wachttijd tot stabilisatie van de meetwaarde 30 seconden,
gedurende deze wachttijd knippert op het display
[Even geduld a.u.b.!] . Gedurende deze wachttijd kan de kalibratie‐
procedure niet worden voortgezet.
Is de pH-sensor koud, bijv. < 10 °C, wordt de pH-sensor traag en
moet enkele minuten worden gewacht, tot het sensorsignaal zich
heeft gestabiliseerd.
De regelaar heeft geen wachttijdbegrenzing. De reële [Sensor‐
spanning] in mV wordt weergegeven en er zijn sterke schomme‐
lingen te zien en er kunnen invloeden worden bepaald, bijv.
bewegen van de sensorkabel.
Is het sensorsignaal erg instabiel en wordt het sensorsignaal bijv.
door externe invloeden gestoord, heeft de sensorkabel een kabel‐
breuk of is de coaxiaalaansluiting vochtig, is het kalibreren niet
mogelijk. Een storing of een kabelbreuk moet worden verholpen.
De kalibratie kan pas worden voortgezet, als de signaalbalk het
bereik
[voldoende] heeft bereikt en daar blijft of verder in de rich‐
[goed] of [zeer goed] beweegt. Wijzigingen van het signaal
ting van
[voldoende] , [goed] en [zeer goed] zijn toege‐
binnen de bereiken
staan.
De signaalvariatie binnen de bereiken is als volgt vastgelegd:
In eerste instantie een wachttijd van 30 seconden, daarna
n
wordt het sensorsignaal beoordeeld
Voldoende: 0,5 mV/30s
Goed: 0,3 mV/30s
In bedrijf nemen
45

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave