Inhoudsopgave
Advertenties
4. Toebehoren.
21
4.9 Rompsteun
Monteer de rompsteun (A) direct achter de
ovale dwarsstang op het bovenframe of
het basisframe. Aan de voorkant van de
rompsteun (A) is een veiligheidslus gemonte-
erd. De rompsteun kan achter eenvoudig met
insteeksloten (D) worden geopend en geslo-
ten.
Om de breedte in te stellen:
• plaats de opnamehulp (B) met de
rompsteun (A) op een willekeurige positie
op het bovenframe of basisframe.
• draai de vleugelmoeren (C) los en breng de
rompsteun (A) in de gewenste positie.
Om de rompsteun (A) te draaien:
• draai de vleugelmoeren (C) volledig los.
• draai de rompsteun (A) in de gewenste
positie.
• plaats de vleugelmoeren (C) weer terug en
draai ze vast.
Om de hoogte van de rompsteun (A) in te stellen:
• druk op knop (E), breng de rompsteun (A) op de gewenste hoogte en
laat knop (E) weer los.
• Er klinkt een hoorbare klik, als de opnames zijn vastgeklikt.
Om de gehele rompsteun (A) opnieuw te positioneren of te verwijderen:
• maak de opnamehulpen (B) los.
• schuif de rompsteun (A) naar voorwaarts of achterwaarts.
• Voor het verwijderen van de opnamehulpen (B) inclusief de
rompsteun (A); zie punt 4.2.
De gordels (F) kunnen onafhankelijk van elkaar worden ingesteld, om de
rompsteun (A) vast te zetten of los te maken. Bovendien kan op deze manier
ook de kantelhoek van de gebruiker worden ingesteld. De rompsteun (A)
kan zowel voor als ook achter worden geopend. Zo wordt anterieur of
posterieur gebruik mogelijk gemaakt.
Positioneer de gebruiker zodanig in de dynamic pacer. dat het zwaartepunt van
de gebruiker tussen de looprollen ligt.
Draai na iedere in-/afstelling de schroeven weer vast!
A
D
C
E
B
F
B
Advertenties
Inhoudsopgave
