Tekst invoeren
ABC-, T9-, cijfer- en symboolstand
Bij een aantal functies, zoals Berichten, Contacten
en Organizer kunt u tekst in de ABC-stand, T9-
stand, cijferstand en de symboolstand invoeren.
De tekstinvoerstand wijzigen
Het symbool voor de tekstinvoerstand wordt
weergegeven wanneer de cursor in een
tekstinvoerveld staat.
•
Houd [ ] ingedrukt om te schakelen tussen de
T9 (
)- en de ABC(
•
Druk op [ ] om heen en weer te schakelen
tussen hoofdletters en kleine letters (
/
) of om naar de cijferstand te
schakelen (
).
•
Houd [ ] ingedrukt naar de symboolstand
(
) te schakelen.
De T9-stand gebruiken
Met de voorspellende T9-tekstinvoerstand hoeft u
slechts één keer op een toets te drukken om een
teken in te voeren.
)-stand.
/
Een woord invoeren in de T9-stand
1. Druk op [2] t/m [9] om te beginnen met het
invoeren van een woord. Druk voor elke letter de
toets slechts één keer in.
Druk bijvoorbeeld op [4], [2], [5], [5] en [6] om
in de T9-stand het woord Hallo in te voeren.
T9 voorspelt welk woord u wilt typen, waardoor
het woord steeds als u op een toets drukt kan
veranderen.
2. Voer het hele woord in voordat u tekens wijzigt
of verwijdert.
3. Ga naar stap 4, als het juiste woord wordt
weergegeven. Druk op [0] om alternatieve
woorden voor de ingedrukte toetsen weer te
geven.
Voor Of en Me worden bijvoorbeeld [6] en [3]
gebruikt.
4. Druk op [ ] om een spatie in te voegen en het
volgende woord in te voeren.
Tips bij het gebruik van de T9-stand
•
Druk op [1] om automatisch een punt of
apostrof in te voeren.
•
Druk op [Links] of [Rechts] om de cursor te
verplaatsen.
•
Druk op [C] om tekens één voor één te
verwijderen. Houd de toets [C] ingedrukt om het
hele display leeg te maken.
25