Probleem
Sommige woorden op een inkomende fax
zijn uitgerekt.
Er staan lijnen op de documenten die u
verstuurt.
De printer kiest een nummer, maar de
verbinding met een ander faxapparaat
mislukt.
Er worden geen documenten in het
geheugen opgeslagen.
Er verschijnen blanco gebieden onder aan
elke pagina of op andere pagina's, met een
kleine streep tekst aan de bovenkant.
De printer verzendt of ontvangt geen faxen. Zorg dat de landcode correct is ingesteld onder
Er treedt vaak een fout op tijdens de
verzending of ontvangst van een fax.
Problemen met scannen
Probleem
De scanner werkt niet.
De printer scant erg langzaam.
Oplossing
Op het faxapparaat dat u de fax verstuurt, is een tijdelijke documentstoring
opgetreden.
Controleer het scanglas op vlekken en maak het glas schoon. Zie "De scanner
reinigen" op pagina 327.
Het andere faxapparaat is mogelijk uitgeschakeld, het papier van het apparaat is op
of het apparaat accepteert geen inkomende oproepen. Spreek met de operator van
het andere apparaat en vraag hem/haar het probleem op te lossen.
Er is mogelijk niet voldoende geheugen om het document op te slaan. Als het
bericht
Geheugen vol
wordt weergegeven, verwijdert u documenten die u
niet langer nodig hebt uit het geheugen en probeert u dit document opnieuw op te
slaan of wacht u totdat de taak die wordt uitgevoerd (bijvoorbeeld een
faxverzending of faxontvangst) is voltooid.
U hebt mogelijk verkeerde papierinstellingen in de instelling voor de
gebruikersopties gekozen. Zie "Richtlijnen voor afdrukmedia" op pagina 209.
→
Beheermenu
Faxinstellingen
Controleer of de telefoonlijn goed is aangesloten. Zie "De telefoonlijn aansluiten"
op pagina 41.
Verminder de modemsnelheid onder
→
Beheermenu
Faxinstellingen
Oplossing
Zorg dat u het document dat moet worden gescand, met de beeldzijde omlaag op
de glasplaat legt of met de beeldzijde omhoog in de ADF.
Er is mogelijk niet voldoende geheugen om het document dat u wilt scannen, op
te nemen. Probeer de voorbeeldfunctie om te kijken of deze werkt. Probeer de
scanresolutie te verlagen.
Controleer of de Ethernet- of USB-kabel correct is aangesloten.
Controleer of de Ethernet- of USB-kabel niet defect is. Verwissel de kabel met een
kabel waarvan bekend is dat deze goed werkt. Vervang de kabel zo nodig.
Controleer of de scanner correct is geconfigureerd. Controleer de applicatie die u
wilt gebruiken om te controleren of de scannertaak naar de juiste poort wordt
verzonden.
De grafische afbeeldingen worden langzamer gescand dan tekst bij gebruik van de
functie Scan naar e-mail of Scan naar netwerk.
De communicatiesnelheid wordt langzaam in de scanmodus vanwege de grote
hoeveelheid geheugen die nodig is voor het analyseren en reproduceren van het
gescande beeld.
Het scannen van beelden op een hoge resolutie kost meer tijd dan het scannen op
een lage resolutie.
(Menu) →
Systeem
→
.
Land
(Menu) →
→
Systeem
→
.
Modemsnelheid
Problemen oplossen
→
361