4.5
DE ADEMHALINGSSLANG IN DE BC VASTZETTEN
1. Plaats de ademhalingsslang tussen de
achterkant van de BC-eenheid en het
cilinderpakket.
2. Plaats de slang omhoog over de rechterschouder-
riem op de BC en bevestig het klittenband over
de ademhalingsslang. (Als de BC is voorzien
reflectoren, moet de slang onder de reflector
worden geplaatst.)
3. Bevestig het klittenband op de ademhalingsslang
om de rechterschouderband, zoals weergegeven in
de afbeelding. Pas indien nodig de lengte van de
ademhalingsslang aan naar een geschikte positie.
26