3. Veiligheidstips
!WAARSCHUWING!
Ter
voorkoming
van
verwondingen neemt u a.u.b. de volgende
opmerkingen in acht:
Bevestig het apparaat zeker op een
•
droge plaats in het huis.
Zorg voor voldoende ventilatie van de
•
installatie.
Stel de centrale niet aan temperaturen
•
van onder 0°C of boven 50°C bloot.
De centrale werd uitsluitend voor het
•
gebruik binnenshuis geconstrueerd.
De maximale luchtvochtigheid mag
•
niet meer dan 90% (niet
condenserend) bedragen.
Zorg ervoor dat van buiten geen
•
metalen voorwerpen in de installatie
gestoken kunnen worden.
Voer alle werkzaamheden aan de
•
installatie in spanningsloze toestand uit.
branden
en
Neem a.u.b. de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht, zodat uw
apparaat altijd goed functioneert:
De alarmcentrale wordt door de
•
ingebouwde voeding van elektriciteit
voorzien.
De netvoeding wordt via een apart
•
beveiligde leiding met het 230VAC
huisnet verbonden.
De aansluitwerkzaamheden aan het
•
huisnet vallen onder de nationale
bepalingen.
De noodstroomvoorziening wordt
•
door een accu gegarandeerd.
De maximale stroomopname van de
•
aangesloten componenten mag
nooit meer dan 1A bedragen.
Vervang zekeringen altijd door
•
zekeringen van hetzelfde type, in
geen geval hoger.
!LET OP!
5
!BELANGRIJKE INFO!
Algemeen over de inbraakalarminstallatie
Door ondeskundige of slordige
installatiewerkzaamheden kunnen signalen
verkeerd geïnterpreteerd worden en kan er
daardoor vals alarm worden gegeven. De
kosten voor het eventueel uitrukken van
reddingsbrigades, zoals bijv.: brandweer of
politie, moet de exploitant van de installatie
betalen. Lees daarom deze handleiding
aandachtig door en let tijdens de installatie
van het systeem op de precieze benaming
van de gebruikte leidingen en
componenten.