SLEUTELSCHAKELAAR
Lees een sleutelschakelaar (impuls) op de draadloze alarmcentrale in.
Een verandering van deze zone verandert de toestand van de
alarmcentrale van in- naar uitgeschakeld, of uit- naar ingeschakeld (na
het verstrijken van de vertragingstijd).
BLOKSLOT
Op de inbraakalarminstallatie kan een sleutelschakelaar (duur)
aangesloten worden. Een verandering van deze zone verandert de
toestand van de alarmcentrale van in- naar uitgeschakeld, of uit- naar
ingeschakeld (na het verstrijken van de vertragingstijd). Let erop dat u
alleen via de sleutelschakelaar de centrale bedient. Bij een
onduidelijke toestand, bijv.: sleutelschakelaar gesloten, op het
bedieningselement gedeactiveerd, kan het gebeuren dat de centrale
in de actieve toestand terugkeert.
SLEUTELKAST
Deze zone wordt voornamelijk in Scandinavië gebruikt. Als deze zone
geopend wordt, wordt deze gebeurtenis in het geheugen van de
inbraakalarminstallatie opgeslagen. Gelijktijdig kan deze gebeurtenis
via de telefoonkiezer doorgegeven worden. Er wordt geen alarm
afgegeven. Als een zone van dit type is vereist, sluit de installateur
de alarmdraden van deze zone (normaal de hulpcontacten van een
deurcontact) aan een externe sleutelkast aan en de sabotagedraden
aan de schakelaar van de behuizing. Indien iemand de behuizing
opent, slaat de draadloze centrale de gebeurtenis op en meldt dit
aan de meldkamer.
DIRECT + VERTR. ALARM
Een zone die als "Direct + vertr. Alarm" is geprogrammeerd
gedraagt zich vergelijkbaar als een normaal alarm. Een zone van dit
type geeft echter een alarm als de melder tijdens de uitgangstijd
word geactiveerd.
ZONE
Een detector wordt zone genoemd als deze in de draadloze
alarmcentrale ingelezen is.
Zones kunnen verschillende eigenschappen hebben. De detector
weet niet of de draadloze alarmcentrale in- of uitgeschakeld is. Een
detector stuurt daarom altijd een alarm naar de centrale als deze een
verandering registreert. Pas in de draadloze alarmcentrale wordt
geanalyseerd of deze melding tot een alarmreactie leidt of niet.
Systeem ingeschakeld
In ingeschakelde toestand van de draadloze centrale bewaakt deze
alle zones op veranderingen en activeert lokaal en optioneel extern
een alarm.
Systeem uitgeschakeld
In uitgeschakelde toestand van de draadloze centrale worden alleen
die zones bewaakt, die altijd actief zijn, zoals bijvoorbeeld, 24 uur,
technische alarm, branddetectoren. Een alarm door één van deze
zones leidt meestal alleen tot een intern alarm.
Gedeeltelijk (intern) ingeschakeld
Naast het complete inschakelen van de inbraakalarminstallatie is het
ook mogelijk afzonderlijke bereiken (B, C, D) te activeren. Daardoor is
het mogelijk dat u thuis bent en het bereik van het systeem inschakelt
en zodoende ook beveiligd bent. Deze manier van inschakelen wordt
ook intern genoemd.
INTERN ALARM
Bij een intern alarm worden de interne signaalgever van de draadloze
centrale, alleen de zoemers van de bedieningselementen en de
optioneel aangesloten luidspreker geactiveerd.
LOKAAL ALARM
Bij een lokaal alarm worden bovendien de aangesloten
combisignaalgevers (flitslicht en sirene) geactiveerd.
14