8.4
Het verwarmingscircuit configureren
8.4.1
De stooklijn instellen
Toegangspad
>
Installateur > Systeeminstallatie > Zone 1 > Stooklijn
Afb.54
8.4.2
Koelfunctie configureren
Toegangspad voor de functie Koeling
>
Installateur > Systeeminstallatie > Warmtepomp > Koeling
Parameter
Koelen
AP028
Toegangspad voor de instelling van de temperaturen
>
Installateur > Systeeminstallatie > Zone 1 of Zone 2 > Algemeen
7779731 - v05 - 22032024
MW-6070176-1
Beschrijving
Configuratie van de koelmodus
De stooklijn wordt ingesteld als de installatie in bedrijf wordt gesteld,
thermostaatkranen gaan indien nodig open. In het geval van aanzienlijke
verliezen door het gebouw is het nodig om de helling van de stooklijn in
het midden van het seizoen bij te stellen en vervolgens midden in de
winter om de 24 uur met 0,1 (inertie van het gebouw).
Instellen van de stooklijn voor een zone:
1. Stel de volgende parameters in met de knop
Tab.37
Parameter
Beschrijving
Max
Maximum temperatuur van het circuit
Instelbaar van 7 °C tot 90 °C; standaardwaarde: 75°C
Helling
Waarde van de helling van de verwarmingscurve
Aanbevelingen:
Vloerverwarming: tussen 0,4 en 0,7
Radiatoren: circa 1,5
Basis
De richttemperatuur van de basis van de stooklijn
Standaardwaarde: 15°C
2. Het Geavanceerd-menu dient voor toegang tot de geavanceerde
parameters.
Koeling van uw verwarmingszone is alleen mogelijk als de parameter
Groepfunctie is ingesteld op Menggroep of Ventilatorconvector.
1. Om koeling van de warmtezone mogelijk te maken, configureer de
parameter Koelen (AP028):
Aanpassing vereist
Actieve koeling
2. Stel de richttemperaturen in voor koeling in de verschillende zones.
8 Instellingen
:
57