Storingsdetectie
Voor werkzaamheden aan de machine stekker uit het stopcon-
Storing
Oorzaak/Maatregels
Watertoevoer
Vlotterbak loopt over.
Vlotterventiel vuil.
Vlotterventiel defect.
Vlotterbak loopt niet vol
Vlotterventiel defect.
Waterfilter verstopt/vervuild
Hoeveelheid watertoevoer controleren.
Pomp zuigt niet aan.
Ventielen verkleeft of vervuild.
Aanzuigslang lekt.
Chemieventiel open of lek.
Slangklemmen (verbindingen) controleren.
Hogedruksproeier verstopt.
Test: Aanzuigsysteem voor water-
Watertoevoer direct aan de pomp aansluiten (2
en chemie op lekkage controleren.
- 4 bar voordruk)
Aanzuigleidingen onder de pomp afklemmen
Hogedrukpomp
Pomp maakt lawaai Bedrijfsdruk
Pomp zuigt lucht. Zuigaansluitingen
wordt niet bereikt.
controleren.
Hogedruksproeier controleren.
Ventielen controleren.
O-Ringen onder de ventielen controleren.
Manchetten controleren.
Manometer defect.
Unloader: Edelstaalzit en –kogel controleren.
Water druppelt uit de pomp.
Manchetten in de pomp vervangen.
O-Ringen vervangen.
Olie druppelt uit de aandrijving.
Oliel dichtingen controleren (vervangen).
Lange kolven en kolvenvoering controleren.
Waterverzorging controleren, omdat watertekort
of luchtaanzuiging schade aan de dichtingen en
O-ringen veroorzaakt (chemieventiel ondicht?)
Druk te laag
HD-sproeier uitgewassen.
Edelstaalzit, -kogel, O-ring in Unloader vervuild
of defect.
Manometer defect.
24
OPGELET!!!
tact trekken!
Dichtingen aan de stuurkolf
controleren.
Storingsdetectie
Storing
Oorzaak / Maatregels
Apparaat schakelt niet uit
Terugslag en O-ring van Unloader in de
ventielbehuizing controleren.
Test: Drukschakelaar (rood)
Drukschakelaar (rood) controleren.
overbruggen
Microschakelaar controleren.
Kabelaansluitingen controleren.
Printplaat defect.
Apparaat start niet of stopt
Stroomaansluiting controleren.
tijdens het bedrijf
Hoofdschakelaar controleren.
Kabelaansluitingen controleren.
Printplaat controleren.
Drukschakelaar controleren.
(Overspanningsrelais heeft uitgeschakeld.)
Verwarming (Brander)
Brandstofpomp / Ventilator loopt
Ingestelde watertemperatuur bereikt.
maar de brander verwarmt niet.
Temperatuur aan thermostaat verhogen.
Pistool openen tot temperatuur daalt.
Brandstoftank leeg.
Brandstoffilter vervuild.
Brandstofsproeier vervuild.
Brandstofpomp / Ventilator loopt
Ventilator-/brandstofpompmotor defect.
niet.
Electronica controleren.
- Pomp maakt lawaai
Zekering in de klemmenkast controleren.
- Brandstofbedrijfsdruk wordt niet
Koppeling tussen brandermotor en
bereikt
brandstofpomp defect.
Koppeling tussen brandermotor
Water im brandstoftank.
en brandstofpomp gebroken
Vuil of roest in de brandstofpomp.
Tank reinigen.
Brandstofpomp vervangen.
Verbranding
Rook tijdens bedrijf
Brandstof vervuild.
Rook na uitschakeling
Sproeier of sproeierleiding ondicht.
Water in de tank.
25