4.6.12 Scherm Gebruikersinstellingen
Vanuit dit scherm kunt u de schermhelderheid instellen, de weergave instellen
op een kleurenschema voor overdag of nacht, de apparaten instellen op
metrisch of nautisch, en de geluiden van het apparaat instellen. Het is ook
mogelijk om vanuit dit scherm de UTC-afwijking in te stellen, het wachtwoord
te wijzigen, de filterinstellingen wijzigen en de menu's weergeven in een aantal
talen, naast het Engels.
4.7 Scheepsinformatie configureren
4.7.1
Controles voorafgaand aan de configuratie
Voordat u verdergaat met de configuratie moeten de stappen in paragraaf 3.
reeds zijn uitgevoerd.
4.7.2
De identificatiegegevens van het schip configureren
Voordat de AIS-transponder in gebruik genomen wordt, moet deze moet
worden geconfigureerd met informatie over het schip waarop de transponder
is geïnstalleerd. De volgende informatie moet worden ingevoerd in het menu
'Home' > 'Systeeminstellingen' > 'Instellingen scheepsgegevens':
● MMSI - MMSI-nummer van schip - gewoonlijk staat dit op de VHF-
radiolicentie van het schip; deze zelfde MMSI wordt ook gebruikt
voor de VHF/DSC-radio.
● Naam van schip (beperkt tot 20 tekens)
● Roepnaam - Radioroepnaam van schip (maximaal 7 tekens)
● IMO - IMO-identificatienummer van schip (indien van toepassing)
● Type schip - Dit kan worden geselecteerd in het menu dat wordt
weergegeven.
● Interne afmetingen die de locatie aangeven van de GNSS-antenne
die is aangesloten op de AIS-transponder (Interne GNSS).
● Externe afmetingen die de locatie aangeven van de GNSS-antenne
die is aangesloten op de AIS-transponder via an NMEA-interface.
Bediening
Pagina 51