Inhoudsopgave
Advertenties
Installatie en configuratie
3.3.1
Stap 1 - De AIS-transponder installeren
Hanteer de volgende richtlijnen bij het selecteren van een locatie voor de AIS-
transponder:
● De AIS-transponder moet minimaal 0,5 m uit de buurt van een
kompas of ander magnetisch apparaat worden geplaatst.
● Er moet voldoende ruimte rond de AIS-transponder zijn om de kabels
om te leiden. Zie Afbeelding 30 voor meer informatie over de
afmetingen van de AIS-transponder.
● De omgevingstemperatuur rond de AIS-transponder moet liggen
tussen -15°C en +55° (5°F tot 131°F). Zorg dat er voldoende
ventilatie is wanneer de AIS-transponder aan een wand wordt
gemonteerd.
● U wordt aangeraden de AIS-transponder te installeren in een
'onderdekse' omgeving, beschermd tegen weersinvloeden.
● De AIS-transponder wordt geleverd met vier zelftappende schroeven
waarmee u de AIS-transponder met behulp van de meegeleverde
beugel op een geschikt oppervlak kunt monteren. Zie Afbeelding 5
voor richtlijnen.
● De AIS-transponder kan aan een wand worden gemonteerd met
behulp van de vier meegeleverde zelftappende schroeven. Zie
Afbeelding 6 voor richtlijnen. De achterzijde van de wand moet
bereikbaar zijn bij deze montageoptie.
● Monteer de AIS-transponder op een locatie waar de gebruiker het
scherm kan zien vanaf de positie waarvandaan het schip gewoonlijk
wordt bestuurd.
Er is een loodsaansluiting aanwezig in de 18-wegs connector op het
achterpaneel van de AIS-transponder. Als u de loodsaansluiting wilt
huisvesten, kunt u een optionele accessoire aanschaffen.
Pagina 22
Advertenties
Inhoudsopgave
