Inhoudsopgave
Advertenties
Hoofdcode
Te veel koelmiddel
Storing sensor omgevingstemperatuur (R1T) -
A1P (X18A)
Storing sensor perstemperatuur (R3T): open
keten / kortsluiting - A1P (X29A)
Storing aanzuigtemperatuursensor
(R2T) - A1P (X30A)
(R7T) - A1P (X30A)
Storing sensor vloeistoftemperatuur (na
onderkoeling HE) storing (R6T) - A1P (X30A)
Storing sensor vloeistoftemperatuur
(warmtewisselaar) (R4T) - A1P (X30A)
Storing sensor gastemperatuur (na
onderkoeling HE) storing (R5T) - A1P (X30A)
Storing hogedruksensor (S1NPH): open keten /
kortsluiting - A1P (X32A)
Storing lagedruksensor (S1NPL): open keten /
kortsluiting - A1P (X31A)
Transmissie buitenunit - inverter: INV1 / FAN1 /
FAN2 transmissieprobleem - A1P (X20A, X28A)
INV1 asymmetrische voedingsspanning
Storing faseomkering voeding
Onvoldoende voedingsspanning
Storingscode: Systeem nog niet proefgedraaid
(systeemwerking niet mogelijk)
De buitenunit krijgt geen stroom.
Defecte bedrading naar Q1/Q2
Verkeerde combinatie in systeem. Verkeerde
combinatie types binnenunit (R410A, R407C,
RA, enz.)
Storing binnenunit
Verkeerd type binnenunit aangesloten.
Onjuiste verbindingen tussen units.
RXYSQ8~12TMY1B
VRV IV-S-systeem airconditioner
4P404225-1C – 2024.03
Oorzaak
11
Opsporen en verhelpen van storingen
|
Herbereken de vereiste hoeveelheid koelmiddel
op basis van de leidinglengte en het juiste
vulniveau van het koelmiddel door een
eventueel teveel aan koelmiddel te verwijderen
met een apparaat voor het aftappen van
koelmiddel.
Controleer aansluiting op printplaat of actuator.
Controleer aansluiting op printplaat of actuator.
Controleer aansluiting op printplaat of actuator.
Controleer aansluiting op printplaat of actuator.
Controleer aansluiting op printplaat of actuator.
Controleer aansluiting op printplaat of actuator.
Controleer aansluiting op printplaat of actuator.
Controleer aansluiting op printplaat of actuator.
Controleer aansluiting.
Controleer of voeding binnen bereik is.
Corrigeer fasevolgorde.
Controleer of de voedingsspanning in orde is.
Laat systeem proefdraaien.
Controleer of de voedingsbedrading voor de
buitenunit juist is aangesloten.
Controleer bedrading Q1/Q2.
Controleer of storing zich voordoet bij andere
binnenunits en of combinatie van binnenunits is
toegestaan.
Controleer het type van de binnenunits die nu
zijn aangesloten. Als dit niet juist is, vervang ze
dan.
Voer verbindingen F1 en F2 van de aangesloten
BP-unit goed uit met de printkaart van de
buitenunit (TO BP UNIT). Zorg ervoor dat de
communicatie met de BP-unit geactiveerd is.
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
Oplossing
105
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
