Cerbo GX Handleiding
Intern
Het interne laadalgoritme (bulk → absorptie → druppel → re-bulk) en de geconfigureerde laadspanningen zijn actief.
Aangegeven laadtoestand van de omvormer/acculader: bulk, absorptie, druppel, enz.
Aangegeven laadtoestand MPPT: bulk, absorptie, druppel enz. (firmwareversie v1.42 en hoger. Eerdere versies hebben een bug
die ervoor zorgt dat de MPPT "Ext. Control" zegt, wanneer alleen de stroom beperkt wordt; het interne laadalgoritme is nog
steeds actief.
Omvormer/acculader (alleen van toepassing op MPPT's)
Het interne laadalgoritme van de MPPT's is uitgeschakeld; in plaats daarvan wordt het geregeld door een
laadspanningsinstelpunt afkomstig van de omvormer/acculader.
Laadstatus aangegeven door MPPT: Ext. control.
Accu
Het interne laadalgoritme is uitgeschakeld en in plaats daarvan wordt het apparaat bestuurd door de accu.
Laadtoestand aangegeven door omvormer/acculader: Bulk wanneer in de stroomgestuurde modus, Absorptie wanneer in
spanningsgestuurde modus. Nooit druppelladen; ook al is de stroom laag / de accu kan vol zijn.
Laadstatus aangegeven door MPPT: Ext. control.
8.4. DVCC-functies voor alle systemen
Deze functies zijn van toepassing op alle typen systemen wanneer DVCC is ingeschakeld: met of zonder ESS-assistant, met
loodzuur- of andere normale accu's en wanneer een intelligente CAN-bus BMS-accu is geïnstalleerd:
8.4.1. Stroomlading beperken
Dit is een door de gebruiker instelbare maximale laadstroominstelling. Het werkt voor het hele systeem. MPPT-zonneladers
hebben automatisch de prioriteit boven het lichtnet/aggregaat
Deze instelling is beschikbaar in het menu "Instellingen → Systeeminstellingen" op het GX-apparaat.
Bijzonderheden:
1) Als een CAN-bus-BMS is aangesloten en de BMS een maximale laadstroom aanvraagt die afwijkt van de door de gebruiker
configureerbare instelling, wordt de laagste van de twee gebruikt.
2) Dit mechanisme werkt alleen voor Victron-omvormer/acculaders, waaronder de Omvormer RS, Multi RS en zonneladers
inclususief de MPPT RS. Andere laders, zoals de Skylla-i's worden niet bestuurd en ook hun laadstroom wordt niet in aanmerking
genomen. Hetzelfde geldt voor apparaten die niet op het GX-apparaat zijn aangesloten, zoals een alternator. Met andere
woorden: alleen de totale laadstroom van de omvormer/acculaders en alle MPPT's zullen worden bestuurd, verder niets. Alle
andere bronnen zullen als extra laadstroom fungeren, zonder dat ze worden geregistreerd, zelfs na het installeren van een BMV
of andere accumonitor.
3) DC-belastingen kunnen niet in aanmerking worden genomen, tenzij een SmartShunt of BMV-712 geïnstalleerd is en correct
geconfigureerd wordt als een DC-belastingmonitor. Bijvoorbeeld, zonder de DC-belastingsmonitor, wordt de accu opgeladen met
30 ampère wanneer de geconfigureerde maximale laadstroom 50 ampère is, en de DC-belastingen 20 ampère trekken.. Niet met
de volledig toegestane 50 ampère. Met de SmartShunt geconfigureerd als een DC-belastingsmonitor, is de maximale laadstroom
geconfigureerd op 50 ampère, en meldt de DC-systeemshunt een verbruik van 25 ampère. Vervolgens worden de opladers
ingesteld om met 50 + 25 = 75 ampère op te laden.
4) De stroom die uit het systeem wordt getrokken door de omvormer/acculader wordt gecompenseerd. Als er bijvoorbeeld 10 A
wordt getrokken voor stroombelastingen en de limiet 50 A is, kunnen de zonneladers met een maximum van 60 ampère laden.
DVCC - Gedistribueerde spanning en
Pagina 52
stroomregeling