Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
VOEDING
Controleer of de stroomtoevoer en beveiliging (zekering en/of onderbreker) gelijk zijn aan de gevraagde hoeveelheid
stroom. Het toestel moet zo neergezet zijn dat stekker toegankelijk is.
Het moet aangesloten zijn op randaarde tegen de volgende voorwaarden
Netspanning
Beveiliging
Vermogen van
Aanbevolen kabel indien er verlengd dient te worden : 3 x 2.5 mm².
AANSLUITEN EN AFKOPPELEN.
• Verzeker u ervan, voor het aankoppelen aan een accu, dat
het toestel niet is aangesloten op de netspanning en dat de
schakelaar op OFF staat.
• Kijk waar de 2 polen (+ en -) van de accu zich bevinden.
(Polariteitsomwisseling kan de zekering beschadigen).
• Houd de kabels ver van verwarmde oppervlaktes of
snijvlakken. Leg de twee kabels apart en voorkom dat ze
afgekneld worden.
Als de koppeling aangesloten is op «12V» of «24V», gaat een ledlampje branden op het bedieningspaneel, om uw keuze
te bevestigen. Als de gekozen spanning niet overeenkomt met de spanning van de accu, zal het opladen niet kunnen
beginnen.
Diag-Startium 60-12
Opstarten en laden van een accu die aangekoppeld aan het voertuig is:
Wanneer de negatieve pool van de accu aan het chassis gekoppeld is :
1.
Koppel de rode klem op pool + van de accu.
2.
Koppel de zwarte klem op het chassis van het voertuig, zodanig dat deze zich niet te dichtbij de
brandstofleidingen (brandstof, olie...) en de accu bevindt.
3.
Sluit het apparaat aan op de netspanning.
4.
Kies de gebruiksmodus, de laadsnelheid en start de DIAG-STARTIUM.
5.
Zet na gebruik de aan/uit knop op OFF, koppel de lader van de netspanning af, en koppel dan eerst de
zwarte en daarna de rode klem af.
Bij sommige voertuigen is de positieve pool van de accu aan het chassis gekoppeld. In dit geval :
1.
Sluit de zwarte klem aan op de negatieve pool van de accu.
2.
Sluit de rode klem aan op het chassis van het voertuig, zodanig dat deze zich niet te dichtbij de
brandstofleidingen (brandstof, olie...) en de accu bevindt.
3.
Sluit het apparaat aan op de netspanning.
4.
Kies de gebruiksmodus, de laadsnelheid en start de DIAG-STARTIUM.
5.
Zet na gebruik de aan/uit knop op OFF, koppel de lader van de netspanning af, en koppel dan eerst de
rode en daarna de zwarte klem af.
DIAG-STARTIUM 60-12 / 60-24
DIAG-STARTIUM 60-12
230V - 1 ph
2000 W
laden
10 000 W
opstarten
DIAG-STARTIUM 60-24
16 A
Diag-Startium 60-24
230V - 1 ph
16 A
2000 W
10 000 W
NL
47